Met een toenemend gevoel van ongerustheid hebben vele omwonenden / wandelaars van de Linnaeusbos in het voorjaar de kapactiviteiten in het bos “Overplaatst” te Bennebroek en aan de Prinsenlaan te Heemstede gevolgd. Ook al mag het eindresultaat er zeker zijn, op sommige plaatsen lijkt het wel alsof er met een botte bijl doorheen is gegaan. En dit alles ten behoeve van een ‘verbetering’ en achterstallig onderhoud. Dat achteraf blijkt dat er te weinig controle is geweest op het uitvoerend bedrijf en dat er te veel bomen zijn gekapt dan was afgesproken en waarvoor vergunning was gevraagd, lijkt bijzaak. Landschap Noord-Holland heeft excuses gemaakt en beterschap beloofd. En daarmee was de kous af. Oud nieuws zul je denken. Totdat je weer opschrikt van het bericht vorige week dat er te veel natuur is weggekapt bij plaatsing van hekken in de Amsterdamse Waterleidingduinen. Deze hekken zijn bedoeld om de herten binnen hun leefgebied te houden. Ook hier trekken omwonenden / wandelaars die, geschrokken zijn door de aanblik van zoveel verspilde natuur, aan de bel. En ja hoor: Excuses worden gemaakt en het uitvoerend bedrijf zal meer worden gecontroleerd. Dat gaat lekker makkelijk zeg. Moet je als normale burger eens in je achtertuin proberen..ten behoeve van verbetering en achterstallig onderhoud.
3 september a.s. gaat de Prinsenlaan te Heemstede ‘op de schop’, voor o.a. een 30 km zone! Dat is wel weer een mooi vooruitzicht. Toch houd ik mijn hart vast voor de schitterende bomen die er staan. Ik hoop niet dat er per ongeluk nog meer natuur sneuvelt, waarvoor elk excuus te laat zal zijn.
donderdag 30 augustus 2012
donderdag 23 augustus 2012
Krachtig staaltje lichaamswerk
Nog een laatste tak, de hoogste van de heg, en dan ben ik klaar. Ik klem mijn kiezen op elkaar en zet het keukentrapje op vier torentjes opgestapelde straatstenen en wankelend knip ik, inmiddels ver boven mijn krachten, de top uit de heg. Ik kijk achter me op de grond en aanschouw de ontstane ravage. Dat was ik weer even vergeten: het snoeien is een fluitje van een cent vergeleken bij het verwerken van de hoeveelheid gesneuvelde takken en bladeren. De groenbak van alle buren zal eraan te pas moeten komen. Ik blijf me erover verbazen hoe ik te keer kan gaan in de tuin. Als ik begin, kan ik niet meer stoppen. Alles of niets. En dit specifieke geval betreft slechts de normale jaarlijkse snoeibuurt.
Mijn hart gaat uit naar een vriendin, die op dit moment haar tuin onder handen neemt, maar niet omdat de jaarlijkse snoeibeurt nodig is. Zij ploegt haar tuin om en ruimt daarmee de stofnesten op die zich langzaam maar zeker hebben gevormd in haar hart, in haar leven. Door het omploegen van delen van wat ooit een gezamenlijke tuin was, werkt zij letterlijk de onvrede en het ongeluk uit haar leven. Op weg naar een nieuw begin. Voor mij zo herkenbaar.
Er was een tijd dat ik geteisterd door liefdesverdriet een hele rij taxussen, die meer dood dan levend waren, heb weggewerkt. Ze zagen er net zo uit, als ik me voelde. Met zweet op mijn rug en blaren in mijn handen klaarde ik deze voor mij natuurlijk veel te zware klus. De buren wierpen af en toe een meelevende of misschien wel medelijdende blik over de schutting. ‘Wat was ze nu weer aan het doen? Leeft ze nog wel?’ En ja, hoe kaler ik de bomen snoeide en hoe meer dode stammen ik omhakte des te meer ging ik leven. Hoe dieper ik de schep in de grond zette, des te energieker werd ik. Bij elke taxuswortel die ik ontblootte, werd ik blijer en vrijer.
Toen de klus na een kleine twee weken was geklaard, aanschouwde ik vol trots de enorme diepe gaten in mijn achtertuin en de even grote berg stammen en takken aan de zijkant. Met het ombinden van de takken en het gereedmaken voor de ophaaldienst, kwam er lucht in mijn tuin en vrede in mijn hart. In één keer was er rust in de chaos. Maandenlang heb ik daarna met rugklachten gelopen, maar dat nam ik met een grote glimlach voor lief. Ik heb nooit de indruk gekregen dat de buren of wie dan ook me snapten, maar zelfs dat (of juíst dat) was onbelangrijk. Voor mij voelde het zo belangrijk om de pijn, ons verdriet, onze fouten, mijn dwalingen echt helemaal te voelen, te accepteren, te doorleven zodat er ruimte kwam, ruimte voor liefde en licht.
Destijds verzamelde ik op het eind zwetend en licht trillend van vermoeidheid de laatste kleine takjes en met een klap gooide ik de deksel op de zoveelste groenbak. De deksel sloot zich met een harde knal en tegelijkertijd brak de zon door. Achteraf gezien: een krachtig staaltje lichaamswerk.
Vandaag kijk ik ineens met hele andere ogen naar de berg die nu in mijn achtertuin ligt: Deze is weliswaar groot, maar lijkt in niets op de emotionele berg, waar we ons soms doorheen mogen slaan.
Mijn hart gaat uit naar een vriendin, die op dit moment haar tuin onder handen neemt, maar niet omdat de jaarlijkse snoeibeurt nodig is. Zij ploegt haar tuin om en ruimt daarmee de stofnesten op die zich langzaam maar zeker hebben gevormd in haar hart, in haar leven. Door het omploegen van delen van wat ooit een gezamenlijke tuin was, werkt zij letterlijk de onvrede en het ongeluk uit haar leven. Op weg naar een nieuw begin. Voor mij zo herkenbaar.
Er was een tijd dat ik geteisterd door liefdesverdriet een hele rij taxussen, die meer dood dan levend waren, heb weggewerkt. Ze zagen er net zo uit, als ik me voelde. Met zweet op mijn rug en blaren in mijn handen klaarde ik deze voor mij natuurlijk veel te zware klus. De buren wierpen af en toe een meelevende of misschien wel medelijdende blik over de schutting. ‘Wat was ze nu weer aan het doen? Leeft ze nog wel?’ En ja, hoe kaler ik de bomen snoeide en hoe meer dode stammen ik omhakte des te meer ging ik leven. Hoe dieper ik de schep in de grond zette, des te energieker werd ik. Bij elke taxuswortel die ik ontblootte, werd ik blijer en vrijer.
Toen de klus na een kleine twee weken was geklaard, aanschouwde ik vol trots de enorme diepe gaten in mijn achtertuin en de even grote berg stammen en takken aan de zijkant. Met het ombinden van de takken en het gereedmaken voor de ophaaldienst, kwam er lucht in mijn tuin en vrede in mijn hart. In één keer was er rust in de chaos. Maandenlang heb ik daarna met rugklachten gelopen, maar dat nam ik met een grote glimlach voor lief. Ik heb nooit de indruk gekregen dat de buren of wie dan ook me snapten, maar zelfs dat (of juíst dat) was onbelangrijk. Voor mij voelde het zo belangrijk om de pijn, ons verdriet, onze fouten, mijn dwalingen echt helemaal te voelen, te accepteren, te doorleven zodat er ruimte kwam, ruimte voor liefde en licht.
Destijds verzamelde ik op het eind zwetend en licht trillend van vermoeidheid de laatste kleine takjes en met een klap gooide ik de deksel op de zoveelste groenbak. De deksel sloot zich met een harde knal en tegelijkertijd brak de zon door. Achteraf gezien: een krachtig staaltje lichaamswerk.
Vandaag kijk ik ineens met hele andere ogen naar de berg die nu in mijn achtertuin ligt: Deze is weliswaar groot, maar lijkt in niets op de emotionele berg, waar we ons soms doorheen mogen slaan.
dinsdag 7 augustus 2012
Plastic Fantastic?
Zwerfvuil. Je ziet het overal. Zelfs op de meest afgelegen plekjes, midden in de natuur, waarvan je eigenlijk verwacht dat er geen kip komt, laat staan een mens, liggen de vernielingen en/of restanten van mensen. Langs de stranden van Zandvoort staan er ongeveer elke 30 stappen een vuilnisbak en dan nòg ligt er zwerfvuil, vooral plastic: flesjes, schepjes, zeefjes, scheepstouwen, verpakkingsmateriaal, bekertjes, noem maar op.
Laatst heb ik (weer) met open mond gekeken naar een uitzending over een plastic eiland in de Stille Oceaan ter grootte van Frankrijk, Spanje en Portugal. Enig idee hoe groot dat is? Enig idee wat dit voor onze watervrienden betekent? Voor onze wereld, waarvoor wij de verantwoording dragen? Af en toe word ik er gillend gek van.
Gelukkig wordt er steeds vaker door middel van allerlei reclameuitingen, zoals: ‘zwerfvuil is niet meer van deze tijd’ of ‘zwerfvuil komt altijd wel èrgens terecht’ meer en meer aandacht besteed aan dit probleem. Ook De Dopper is een mooi initiatief om o.a. plastic wegwerpflesjes overbodig te maken.
Vandaag ontdekte ik weer een ander mooi initiatief: MyBeach / Stichting De Noordzee. De stranden van MyBeach zijn 100% afvalvrij, waarbij mensen worden uitgenodigd om niet alleen hun eigen rommel maar ook rommel dat uit de zee aanspoelt op te ruimen. Hun motto: Schone stranden! Schone zee! Een mooi initiatief en ik ben ervoor dat elk strand zich aansluit!
En verklaar me maar helemaal voor gek, maar mijn man en ik lopen gewoon door met een zakje in onze hand om zwerfafval op te ruimen. Kwaad worden heeft geen zin, maar met dat vuilniszakje lopen, geeft me toch een beter gevoel, hoe onbenullig dit ook is.
Laatst heb ik (weer) met open mond gekeken naar een uitzending over een plastic eiland in de Stille Oceaan ter grootte van Frankrijk, Spanje en Portugal. Enig idee hoe groot dat is? Enig idee wat dit voor onze watervrienden betekent? Voor onze wereld, waarvoor wij de verantwoording dragen? Af en toe word ik er gillend gek van.
Gelukkig wordt er steeds vaker door middel van allerlei reclameuitingen, zoals: ‘zwerfvuil is niet meer van deze tijd’ of ‘zwerfvuil komt altijd wel èrgens terecht’ meer en meer aandacht besteed aan dit probleem. Ook De Dopper is een mooi initiatief om o.a. plastic wegwerpflesjes overbodig te maken.
Vandaag ontdekte ik weer een ander mooi initiatief: MyBeach / Stichting De Noordzee. De stranden van MyBeach zijn 100% afvalvrij, waarbij mensen worden uitgenodigd om niet alleen hun eigen rommel maar ook rommel dat uit de zee aanspoelt op te ruimen. Hun motto: Schone stranden! Schone zee! Een mooi initiatief en ik ben ervoor dat elk strand zich aansluit!
En verklaar me maar helemaal voor gek, maar mijn man en ik lopen gewoon door met een zakje in onze hand om zwerfafval op te ruimen. Kwaad worden heeft geen zin, maar met dat vuilniszakje lopen, geeft me toch een beter gevoel, hoe onbenullig dit ook is.
zondag 5 augustus 2012
TimonLive 2!
Wat overkomt me allemaal? Eerst zat ik samen met mijn vriendinnetje Ninja heel lang in de auto en mocht ik er alleen maar even uit om af en toe te plassen! Na deze lange rit waren we kennelijk op de plek van bestemming en heb ik twee weken alleen maar mogen wandelen, rennen, in het zand mezelf om en om paneren, dan weer zwemmen in de zee. Ik heb heerlijk rondgerend achter de konijnen en herten aan! Ik vond allemaal holletjes en stak mijn neus zo diep mogelijk en proestte het daarna uit. Het liefst kroop ik er helemaal in, maar dat mocht dan weer niet. Best jammer… maar ja, ze zullen wel het beste met me voor hebben. Ninja en ik hadden de beste slaapplaatsen ooit: onze mandjes mochten gewoon in de slaapkamer van onze baasjes! Nu kon ik de hele nacht even met mijn natte neus even aan ze snuffelen, zodat ik zeker wist dat ze er echt wel waren.
Het leukste vond ik nog wel dat de hele familie mee was en eindelijk begin ik te begrijpen dat ze er dus allemaal bijhoren..en ik dus ook! Het lijkt wel vakantie zeg! Zo’n paar dagen strand, onder een parasol, slokje water op zijn tijd, af en toe zwemmen en proberen mosseltjes en visjes met mijn poot op te hengelen, vond ik super. Maar ook de lange wandelingen op een verlaten strand of relaxen op een gazon vol nieuwe geuren! JIPPIE, ik ben blij, blijer, blijst! Mijn ogen rollen van links naar rechts..zo blij ben ik.
En ik vind alles best: als ik in de auto moet, ga ik in de auto, als ik moet wachten onder tafel totdat mijn baasjes klaar zijn met eten en drinken, dan doe ik dat gewoon.. Ik slaak elke dag wel tien diepe zuchten van puur geluk en dan smelten mijn baasjes weer…ik heb 't heus wel in de gaten hoor!
Mijn poten worden steeds sterker en mijn vacht begint meer te glanzen. Ik word soepeler, sneller en behendiger en ik vang alle shuttles en pingpongballen die rondvliegen! Ik kan met vier poten tegelijkertijd springen. Als ze even niet opletten dan pik ik lekker een grote garnaal van de bbq en ze houden maar niet op om mij lekkere koekjes te geven als ik bij ze kom en ga zitten. Dat leren ze vast niet meer af.
En mijn kleine vriendinnetje Ninja ziet me volgens mij ook steeds meer zitten. Heel soms kruipt ze zelfs al heel voorzichtig tegen me aan…fijn…zucht…
Het leukste vond ik nog wel dat de hele familie mee was en eindelijk begin ik te begrijpen dat ze er dus allemaal bijhoren..en ik dus ook! Het lijkt wel vakantie zeg! Zo’n paar dagen strand, onder een parasol, slokje water op zijn tijd, af en toe zwemmen en proberen mosseltjes en visjes met mijn poot op te hengelen, vond ik super. Maar ook de lange wandelingen op een verlaten strand of relaxen op een gazon vol nieuwe geuren! JIPPIE, ik ben blij, blijer, blijst! Mijn ogen rollen van links naar rechts..zo blij ben ik.
En ik vind alles best: als ik in de auto moet, ga ik in de auto, als ik moet wachten onder tafel totdat mijn baasjes klaar zijn met eten en drinken, dan doe ik dat gewoon.. Ik slaak elke dag wel tien diepe zuchten van puur geluk en dan smelten mijn baasjes weer…ik heb 't heus wel in de gaten hoor!
Mijn poten worden steeds sterker en mijn vacht begint meer te glanzen. Ik word soepeler, sneller en behendiger en ik vang alle shuttles en pingpongballen die rondvliegen! Ik kan met vier poten tegelijkertijd springen. Als ze even niet opletten dan pik ik lekker een grote garnaal van de bbq en ze houden maar niet op om mij lekkere koekjes te geven als ik bij ze kom en ga zitten. Dat leren ze vast niet meer af.
En mijn kleine vriendinnetje Ninja ziet me volgens mij ook steeds meer zitten. Heel soms kruipt ze zelfs al heel voorzichtig tegen me aan…fijn…zucht…