De meest geliefde en tegelijkertijd meest gehate schoenen zijn toch wel de zogenaamde zitschoenen. Zonder kun je niet maar als je ze aan hebt, dan vraag je je wel eens af waarom je ook al weer dat laatste totaal nutteloze, doch onmisbare, paar schoenen hebt aangeschaft.
Zo was ik laatst met mijn jongste dochter op stap en belandden we in een luxe schoenenwinkel. Samen hebben we alle maat 37 aangetrokken. Hoge hak, lage hak, sleehak, blokhak, naaldhak..en dan die laatste hè..dat moeten we gewoon niet meer doen. Je bent toch direct verkocht met zo’n plaatje aan je voeten? Mijn dochter kan ik het nu nog net verbieden, maar mijn dochter geeft me eerder het laatste zetje om ze toch vooral maar wèl te kopen. Puur eigenbelang natuurlijk.
Mijn voeten, gestoken in blauwe suède juweeltjes, lijken niet van mij te zijn. ‘Eigenlijk lopen ze best lekker’, hoor ik mezelf vergoelijkend zeggen. ‘en ze hebben geen open teen, dus ik kan ze ook van de winter dragen’,voeg ik er overtuigend aan toe. Ik begrijp nu wel waarom mijn vader mij vroeger in zijn eigen schoenenwinkel zijn beste verkoopster vond.
De aantrekkelijke prijs gaf me uiteindelijk het laatste excuus om deze blauwe, overduidelijk onmisbare, hakken mee naar huis te nemen. Toch enigszins gegeneerd over mijn eigen moment van zwakte, verstop ik ze snel in mijn schoenenkast, waar ik, zuinig als ik ben, sinds mijn 21ste meer van dit soort juweeltjes koester.
Zo had ik laatst een feestje bij vrienden en kon ik mijn nieuwe aanwinst uit de kast trekken en klikklakkend draaide ik rond voor mijn man. Zijn ene woord: ‘Wow’ was voldoende om mijn laatste restje twijfel over deze aankoop uit te wissen, maar aan het einde van de avond, toen het overgrote deel van de gasten weg was en ik nog even nakletste met mijn vriendin slaakten we bijna simultaan een zucht van verlichting toen we onze voeten eindelijk omhoog konden gooien.
Zitschoenen van Gucci..Gàcci, zul je bedoelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten