Een traan glijdt over zijn wang en hij veegt hem abrupt weg aan zijn mouw. Hij schopt boos tegen een steentje aan. Hij voelt zich verdrietig en onmachtig. Het beeld van dat brandende lampje maakt dat Tim zich dichter bij zijn vader voelt. Al is het maar even. Al is het maar stiekem. Al is het een gestolen moment. Nog twee nachtjes slapen en hij mag er weer heen. Over twee nachtjes en dan voor twee nachtjes. Met afhangende schouders loopt Tim weer naar huis. Hij voelt de kou allang niet meer.
Thuis aangekomen, zit zijn moeder nog aan de telefoon. Onwetend wat er in hem speelt, onwetend welke rol zij speelt, onwetend hoe deze scheiding Tim zal vormen en al heeft gevormd, zoals haar eigen pijn haar heeft gevormd. Tim zou willen dat hij het met zijn moeder kon delen, maar slikt zijn tranen resoluut weg.
Tim begint met het avondeten en denkt aan dat lichtje van zijn vader en hij klaart ervan op. Hij weet één ding zeker: Dat licht brandt voor hem. Dat licht geeft hem hoop en dat licht verwarmt zijn hart en even lijkt het of hij zijn vaders armen om zich heen voelt.
Zijn moeder rond het gesprek af en ineens realiseert ze zich hoe laat het is. Een schuldgevoel bekruipt haar. Het eten had al lang op tafel moeten staan. Als ze het gerommel in de keuken hoort, weet ze dat kleine Tim is begonnen. Ik moet het echt anders gaan doen, denkt ze, en haar hart slaat een slag over als ze haar kleine jongen ziet staan aan de pannen. Het liefst slaat ze haar armen om hem heen, maar voelt intuïtief aan dat Tim nu even niet beschikbaar is. Tim houdt haar op de been en vormt een lichtpunt in haar leven. Zou ze dit hem wel genoeg laten weten, vraagt ze zich af?
Aan de andere kant van de vaart staart de vader van Tim voor zich uit. Alleen en koud, zo voelt hij zich. Hij vraagt zich voor de zoveelste keer af hoe ze het zo hebben kunnen verkloten...hij en zijn ex. Af en toe heeft hij geen goede gedachte voor haar over. Hij schudt zijn hoofd alsof hij daarmee helderheid in zijn gedachten kan afdwingen. Hij steekt zijn lamp aan en neemt, staand voor zijn raam, een slokje van zijn mok thee. Hij tuurt het donker in. Aan de overkant van de vaart ziet hij een kleine schim bewegen en plotseling herinnert hij zich dat Tim bijna komt, al over twee dagen. Tim, zijn kleine baken van licht. Zou hij dit hem wel genoeg laten weten, vraagt hij zich af?
Na het eten zitten Tim, Lucky en zijn moeder op de bank. Tim kruipt tegen haar aan en ze drukt een kus op zijn bol en dan voelt Tim haar armen om zich heen glijden. Tim ontspant en geniet van haar warmte en dan weet hij nog één ding zeker: deze warmte brandt voor hem, het geeft hem hoop en deze warmte verwarmt zijn hart. Tim vindt zijn vader net zo lief als zijn moeder. Zouden ze dat eigenlijk wel weten?
💧💔💔💔💧
Voor levensvragen en rouwverwerking www.silent-touch.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten