dinsdag 17 december 2024

Hoe hangt de vlag erbij?

Scrollend door de updates op social media valt de tendens op dat symbolen worden gebruikt om een mening te uiten. Ik denk aan de tekst als ‘niet in mijn naam’ of ‘breng ze thuis’, maar ook verschillende vlaggen worden gebruikt om te laten zien waar we voor staan. Toch is helder dat vrede de onderliggende of beter gezegd: bovenliggende boodschap is!

Ondanks al onze goede intenties laten deze uitingen vooral zien hoe verdeeld we zijn over de weg ernaartoe. Ook vredesmanifestaties komen vaak voort uit frustratie, verdriet, woede of angst. Onze verdeeldheid komt scherp in beeld en dit ondermijnt ons gezamenlijke doel: vrede.

Vaak denk ik aan het verhaal van Jezus. Of je nu gelovig bent of niet, iedereen kent zijn verhaal. Hij sprak in eenvoudige woorden over een ander leven: een leven van vrede. Over vergeven, samen delen en leven vanuit goedheid, compassie en vertrouwen. 

Hij deed dat niet vanuit een politieke agenda of winstbejag, maar zittend tussen de mensen, van hart tot hart, zonder verborgen agenda. Hij geloofde in het goede in ieder mens, zó sterk dat hij zelfs bereid was zijn leven daarvoor te geven. Is dit slechts een 'verhaal' of kunnen we hier een blijvende uitnodiging in vinden om te onderzoeken of we ons willen bewapenen of ontwapenen in de weg naar vrede?

Als we ons bewapenen, bereiden wij ons voor op oorlog. Wapens zijn er eenvoudigweg niet om stof te vangen, maar om te gebruiken. En ontwapenen begint niet bij politieke beslissingen, maar in ons hart. Welke weg nemen wij? Welke vlag laten we wapperen?

Voor mij is er maar één weg en dat is de weg naar binnen. En er is maar één vlag en die hangt in ons eigen hart en dat brengt mij op de vraag: Hoe hangt de vlag er eigenlijk bij? 

Wat zien we als we in ons eigen hart kijken?
Kunnen we daar een plek vinden waar vrede begint?
Daar waar we niet hoeven te roepen óver vrede, maar alleen hoeven te zijn?

En dat we beseffen dat dit niet alleen een mooie gedachte, maar ook een geleefde werkelijkheid is?

Ik ben volledig voorbereid op vrede!


 www.silent-touch.nl


donderdag 5 december 2024

'Barmhartigheid als geschenk!' Is dat misschien de boodschap van de Goedheiligman?

Vandaag vieren sommigen het feest van Sinterklaas en anderen vieren het ook helemaal niet.
Er is discussie, getrek en gedoe, dat geeft vooral veel verdriet.
Laten we elkaar respecteren en rekening houden met elkaars gevoelens en wensen,
Dat maakt van ons allen, gelukkiger mensen.

Want we herinneren en eren een allang overleden man
Nicolaas van Myra, een eenvoudige Goedheiligman.
Hij gaf aan de armen en wordt zo herinnerd door velen.
Hij gaf vanuit barmhartigheid door wat hij had, te delen.
 
Tenslotte gaat zo’n feest niet over wit en het gaat niet over zwart
Het gaat om het geven, recht vanuit je hart.
Opdat we schenken vanuit overvloed aan degenen om je heen
En zo kunnen we geven vanuit barmhartigheid aan iedereen.
 
Het gaat niet om veel, het gaat niet om groot
Het gaat om de goede wil en een vrolijke noot.
Het gaat niet om de perfecte rijm of dure geschenken
Het gaat om de goedgevigheid in onszelf te gedenken.
 
Iedereen is welkom de liefde in zijn hart te zoeken.
Om daarna vanuit overvloed de wereld en elkaar te bezoeken.
Niet alleen voorbehouden op deze éne dag, maar telkens weer.
Dan verandert de wereld en is er geen tekort of oorlog meer.
 
Zoek en vind het mooie in het leven
Dat is wat Sint jou het liefste wil geven.

 


 

woensdag 27 november 2024

Een roestige fluitketel

Het was een gewone dinsdagavondrepetitie. Helemaal niet spannends, het is alleen maar leuk. En daar stond ik dan, vol goede moed, te midden van mijn koorleden en onze immer geduldige dirigente. Oplettend wachtte ik op ‘mijn moment’. Alleen ‘mijn moment’ pakte nou nét iets anders uit en het klonk toch even anders dan thuis onder de douche.

In dit lied ‘moest’ ik de hoogste noot zingen. Normaliter samen met een zoetgevooisde medezangeres maar door andere besognes, stond ik er dit keer alleen voor. Toen ik mijn mond opentrok, veranderde mijn keel in een soort roestige poort, die krakend opende. Mijn wangen brandden, het zweet brak me uit en alsof dat nog niet erg genoeg was, leek mijn brein de stekker eruit te trekken.
Tekst? Weg.
Melodie? Geen idee meer.
Hoogste noot? Die bleef haken in het souterrain.
Wat er wel uitkwam? Een geluid dat het meest leek op het gefluit van een oude, valse fluitketel… je weet wel, zo eentje die al minstens twintig jaar op zolder stof staat te vangen.

Gelukkig viel de rest van het koor snel in en met elkaar zongen we verder, maar ondertussen stond ik daar hartstochtelijk te bidden voor een spontaan gat in de grond, waar ik in kon verdwijnen.

En toen gebeurde er iets wat ik niet had zien aankomen. Mijn medekoorleden kwamen naar me toe. "Wat klonk dat mooi!" zeiden ze, terwijl ze me een schouderklop gaven. Ik wist niet wat ik moest zeggen. Meenden ze het? Hadden ze iets anders gehoord dan ik?

Later op de avond, bij een kopje thee thuis realiseer ik me weer dat het samen zingen in een koor voor mij een absolute leerschool blijft en het herinnert mij er telkens aan dat het niet perfect hoeft.

Volgende week sta ik er gewoon weer en wellicht fluit de ketel weer haar hoogste lied, maar misschien ook niet. Wat het ook wordt, het is niet de perfecte noot die de muziek mooi laat klinken. Tenslotte gaat het in een koor om samen zingen, onze unieke klank vinden en om durven. We dragen elkaar en we doen het met elkaar. En precies dát creëert de zuivere noot in het geheel.

 

dinsdag 26 november 2024

Ben je patiënt als je ziek bent? (17)

Mijn moeder, altijd een doorzetter, begon haar tijd in het verzorgingstehuis met opgeheven hoofd. Ze deed mee aan activiteiten: bloemschikken, tekenen, uitstapjes maken. Zelfs het ‘grijze koppen orkest’, waarin bewoners met ongebruikelijke instrumenten samen muziek maakten, sloot ze niet uit. Het was aandoenlijk, maar ook bevreemdend. Dit was niet de moeder zoals ik haar kende. Zij was nooit een groepsmens; haar geluk vond ze in haar tuin, achter het fornuis, of met een intieme kring van dierbaren om zich heen.

De goedbedoelde ‘bezigheidstherapie’ in het tehuis gaf haar weinig voldoening. “Het is betekenisloos,” zei ze eens, in een helder moment. De laatste maanden raakt ze steeds verder verstrikt in de sluier van dementie. Haar heldere momenten worden schaarser en de wil om te leven lijkt haar langzaam te verlaten.

Het verlies van haar laatste schoonzus en een oude buurvrouw heeft de leegte nog voelbaarder gemaakt. De zinloosheid tekent zich scherper af. Moeder eet amper, leest de krant niet meer, puzzelt niet meer en doet niet mee met activiteiten. Ze lijkt afscheid te nemen, langzaam maar bewust.

Onlangs tijdens een gesprek met de arts en verpleegkundige trok de mist van dementie even op. Met heldere stem zei ze: “Ik ben klaar met leven. Ik kijk terug op een prachtig leven, maar nu zit ik hier alleen maar te wachten; niets te doen. Te wachten op mijn dood.” Haar woorden waren doordringend, krachtig. Ze voegde eraan toe: “Overigens, net zoals al die andere mensen hier.” Of dat waar is of niet, laat ik over aan anderen; dit is slechts zoals moeder het ervaart.

Aan het einde van het gesprek keek ze ons allen aan, met haar oude vastberadenheid. “Ik ben weliswaar ziek,” zei ze rustig, “maar ik ben zeker geen patiënt.”

Een keuze voor waardigheid

Haar woorden raakten me diep. Wat betekent het om ziek te zijn, maar jezelf geen patiënt te voelen? Moeder maakte duidelijk met die éne uitspraak dat ze, zelfs nu, weigert zich volledig over te geven aan haar situatie. Haar identiteit, haar waardigheid, blijft intact.

Misschien is dat de les: ook in tijden van verlies, ziekte of aftakeling blijven we meer dan ons lichaam of onze omstandigheden. We hebben de kracht om te kiezen hoe we onszelf én de ander zien, maar óók waar we ons bewustzijn in wortelen. Moeder herinnert me eraan dat het leven ook gaat om betekenis en eigenheid, zelfs in de schijnbaar meest zinloze momenten.

Laten we haar woorden meenemen: ziek zijn, maakt je geen patiënt. Het kan deel zijn van onze menselijkheid, een mens van waarde en betekenis, tot het allerlaatste moment.

 

www.silent-touch.nl

dinsdag 12 november 2024

Wat Wij Echt Willen

Mijn oma had negen kinderen om te voeden toen de oorlog in 1940 haar wereld binnendrong. Niemand vroeg haar of ze er klaar voor was. Niemand vroeg mijn opa, mijn ooms en tantes – van wie sommigen moesten onderduiken om niet gedwongen ingelijfd te worden bij het leger van de vijand. Niemand vroeg het de moedige mensen in het verzet, die hun leven op het spel zetten. Of aan de mensen die werden verdreven, vermoord en mishandeld. Nee, er werd niemand iets gevraagd, tot de dag dat de laarzen van de vijand de straten van ons land vulden.

En vandaag? Vandaag wordt mij niet gevraagd of ik wil dat er oorlogen worden gevoerd, of dat kinderen honger lijden, jonge mannen naar het front worden gestuurd, gezinnen uit elkaar worden gerukt, gijzelaars worden genomen en steden in puin worden gelegd. Ook onze vrienden in andere landen wordt niets gevraagd. Zij krijgen gewoon een bom op hun hoofd.

Iedereen met wie ik praat, voelt hetzelfde: niemand wil oorlog. Dus hoe kan het dan dat er nog steeds zoveel oorlog is? Zijn onze wereldleiders doof voor onze roep om vrede? Soms vraag ik me af wat er zou gebeuren als zij persoonlijk de pijn en onzekerheid van oorlog zouden voelen. Laat ze maar eens samen opgesloten worden, zonder luxe, enkel met elkaar en een paar simpele pollepels in de hand om het met elkaar uit te vechten totdat er vrede is. Die vrede waar jij en ik om vragen, de vrede waar elk mens recht op heeft.

Soms voelt het alsof wij, de gewone mensen, simpelweg niet worden gehoord. Worden we genegeerd door hen die over ons regeren? Willen ze ons niet horen? Die gedachte kan me soms moedeloos maken. 

Maar dan kies ik ervoor om toch te blijven geloven in de goedheid van de mens. In de kracht van liefde, die pijn zal laten smelten. Ieder mens kan op elk moment vrede maken, ieder in ons eigen leven met de mensen om ons heen. Daar heeft ieder zijn eigen stem in.

En zolang wij onze stemmen verenigen en blijven kiezen voor liefde en medeleven, is er hoop.

En die hoop voed ik met vertrouwen – vertrouwen dat onze wens voor vrede werkelijkheid zal worden. 

 

 

 www.silent-touch.nl
 


zondag 10 november 2024

Houvast aan een boterhammetje met kaas (16)

’s Ochtends vroeg bel ik even met mijn moeder, die woont in het verzorgingstehuis. Ze klinkt afwezig en ze lijkt mijlenver weg. 

Plotseling begint ze te praten, een van die dierbare momenten van helderheid. ‘Ik leef in een leegte van eenzaamheid. Er is niemand om mijn leven mee te delen,’ zegt ze. Haar woorden blijven hangen en ik voel de zwaarte ervan. ‘Ik zou willen dat papa hier was, dat we alles konden delen. Gewoon... het leven. Het is helemaal leeg.’

Dan vraag ik haar, een beetje vertrouwend op haar actieve inborst: ‘Kunt u er zelf nog wat aan doen om de leegte te vullen?’. Ik voel bijna hoe ze haar éne, inmiddels grijs geworden maar immer perfect verzorgde, wenkbrauw optrekt.

‘Natuurlijk, kind, ik zou de leegte wel kunnen opvullen door mee te doen met alle activiteiten hier, maar ik heb er geen belangstelling meer voor.’ En om haar boodschap te bekrachtigen, voegt ze er zuchtend aan toe ‘Ik denk dat ik maar ga stoppen met eten en drinken'.

Dan blijft ze lang stil. Wat kan ik zeggen? Naarstig zoek ik naar woorden om iets van troost te bieden en vraag tenslotte zachtjes: ‘Mam, hoe voelt u zich NU, op dit moment?’

En met de nuchterheid, die zo typerend voor haar is, zegt ze: ‘Nu? Nu heb ik trek! Er ligt al een tijdje een boterham voor me, met kaas. Die ga ik nu opeten. Dus we moeten ophangen.’

Een glimlach kan ik toch niet onderdrukken en terwijl ik de verbinding verbreek, denk ik dankbaar aan dat boterhammetje met kaas, die op dit moment een klein beetje houvast biedt in de dag van mijn moeder. The Power of Now.

dinsdag 5 november 2024

Bemoeizucht of vleugeltje helpen?

Er was eens een vlieg die dacht dat hij een huiskamervlieg was. 

Drie dagen lang fladderde ze rond, alsof ze een prima ballerina was, die een unieke dans uitvoerde. De vrouw, die zichzelf graag zag als natuurliefhebber, besloot haar de frisse lucht in te helpen en maakte zich klaar om de vlieg op humane wijze onder een glas te vangen. De vlieg dacht daar duidelijk anders over. Keer op keer was ze net te snel, net te slim, net een vleugelslag te vlug voor het glas van de vrouw.

Geduldig richtte de vrouw haar pleidooi tot de vlieg: ‘Als je nou gewoon even ergens gaat zitten, dan help ik je naar buiten. Iedereen blij!’. Maar de vlieg was doof voor haar smeekbede. Misschien was het de knusse gezelligheid van de huiskamer of de lol van het je-kunt-me-toch-niet-pakken-spelletje, de vlieg had duidelijk een ander idee over de samenwerking.

Na een paar dagen minderde de energie van de vlieg en haar ooit zo vrolijke pirouetjes leken meer op een trage dronkenmansdans. Dit keer, met het glas stevig in de hand, wist de vrouw haar missie te volbrengen. Ze begeleidde haar gevleugelde gast naar de deur, waar ze opgelucht haar adem uitblies: 'Goede reis’, fluisterde ze terwijl de vlieg wegvloog.

Haar zucht van verlichting bleek van korte duur. Nog geen halve minuut later was daar dezelfde vlieg, die vrolijk door de kier van de deur naar binnen dwarrelde, alsof ze zojuist had besloten dat deze woonkamer eigenlijk best wel een prima plek was om te bivakkeren. De vrouw zuchtte diep en mopperde hoofdschuddend: ‘Wil je nou gered worden of niet?’ en bracht het glas opnieuw in de aanslag.

Ditmaal echter verliep het vangen soepeler; de vlieg was duidelijk verzwakt door haar eerdere escapades. De vrouw zette haar wederom buiten, dit keer met een vastberaden “En nou wegvliegen, jij!”, maar het liep weer anders, of beter gezegd: het vloog weer anders.

Op het moment dat de vlieg eindelijk koers zette naar vrijheid, vond ze zichzelf gevangen in een spinnenweb. Vanuit de schaduw doemde een spin op, die zich razendsnel al likkebaardend voorbereidde op haar aanstaande maaltje. Maar …. daar was die vrouw weer. Haar heldencomplex schoot in werking en met behulp van een klein blaadje bevrijdde ze de vlieg uit de plakkerige draden. Dit tot grote ergernis van de spin die zich bedrogen zag door deze onverwachte inmenging en zich op hoge poten terugtrok in haar schuilplaats.

Met een wat scheefhangend vleugeltje en een ietwat onhandige flip-flap-boog vloog de vlieg richting de heg, zoekend naar een veiliger onderkomen. De vrouw keerde opgelucht terug naar binnen, waar ze zich ineens bewust werd van de spin die haar op háár beurt hoofdschuddend een afkeurende blik toewierp.

‘Was het bemoeizucht?’. De vrouw glimlachte in zichzelf. ‘Misschien wel’, dacht ze, ‘maar iemand moest die vlieg toch een vleugeltje helpen’. 

De spin vond van niet.

 

www.silent-touch.nl

dinsdag 29 oktober 2024

Wie is er nu jarig?

Op de vooravond van mijn tweeënzestigste verjaardag laat mijn man tijdens onze vegetarische maaltijd de ‘ham’vraag vallen: ‘wat wil je eigenlijk hebben voor je verjaardag?’.  

Terwijl ik nadenk, spelen gedachten over de Bhagavad Gita, het Zevenvoudige Pad van de Boeddha en al onze lessen in “loslaten van onze wensen en verwachtingen” door mijn hoofd. Daar past een verjaardag met een cadeau eigenlijk niet tussen, toch? Maar hij kent me langer dan vandaag! Hij weet hoe ik van mijn geboortedag geniet, hoe ik hou van feestjes, slingers, ballonnen en ik steek ook bepaald niet onder stoelen of banken dat ik volop geniet van cadeautjes. De glimlach op mijn gezicht op mijn verjaardag is doorgaans niet van mijn gezicht weg te slaan.

‘Wat zou je me willen geven dan?’, kaats ik de bal olijk terug.

Een kus’, zegt  hij met een brede glimlach. ‘Heerlijk, een heel goed begin! En wat nog meer?’, vraag ik een beetje plagend, want ik weet als geen ander dat ik gehuwd ben met een man, die helemaal niets, maar dan ook niets, om verjaardagen geeft.

Ik zie hoe hij in zijn gedachten zoekt naar iets leuks en dan klaart zijn gezicht helemaal op en oppert hij: ‘Een lekkere cappuccino bij dat nieuwe tentje in dat dorp, met een taartje erbij!’. Zijn ogen glimmen bij het vooruitzicht.

'Mmmm, dat klinkt heerlijk', zeg ik aanmoedigend om zijn enthousiasme vooral niet te temperen. En hij begint goed op dreef te komen en met een opgetogen blik voegt hij eraan toe: ‘En een chocolaatje bij die lekkere banketbakker’. Hij ziet het nu helemaal zitten en staat te popelen om morgen mijn verjaardag te vieren. Ik geniet van zijn blije gezicht. Wie geeft er ook alweer niets om verjaardagen?

Het is me sowieso duidelijk hoe hij de ideale verjaardag ziet: een verwendag vol lekkernijen voor ons twee. Dus morgen vieren we gewoon dubbel, want wie is er hier nu eigenlijk jarig? En als ik hem zo zie glunderen, dan geef ik mijn verjaardag dit jaar aan hem cadeau. 

Met een hele dikke chocoladezoen erbij!

 

 

 

 

www.silent-touch.nl



zaterdag 26 oktober 2024

Bloeien

Mijn peettante en tevens naamgenote is overleden. In mijn jeugd was zij dagelijks aanwezig, maar we zijn elkaar ook uit het oog verloren. We pakten echter de draad weer op en over de jaren heen liet zij mij iets zien, dat ik maar weinig zie.

Zij klaagde niet. Zij klaagde nooit. Zij zeurde niet, zij jammerde niet, zij liet geen dubbelzinnige opmerkingen vallen. Niets. Was haar leven dan zo rooskleurig? Zéker heeft zij een mooi leven gehad, maar haar leven was tevens doorspekt met afscheid, verlies en een familiebreuk die haar leven drastisch veranderde. Niet alleen het hare, maar van de hele familie en dus ook het mijne. Het was niet makkelijk, maar ik heb mijn tante nooit horen klagen. Zij ging met opgeheven hoofd door het leven en liet zich niet verleiden tot roddel en achterklap. Zij was trots van buiten en zacht van binnen. Heel soms trok ze één perfect gemodelleerde wenkbrauw op als ze het ergens niet zo mee eens was, maar geen geklaag.

In de laatste dagen van haar leven, waarin ze elke dag met elke ademhaling een stapje dichter naar de hemel werd gedragen, werd dit nog meer zichtbaar. Ze keek met heldere en liefdevolle blik naar ons en ondanks haar kwetsbare lichaam, bleef ze in diepe en zachte acceptatie van wat er was. Wát een voorbeeld, wát een overgave.

Vanochtend werd ik wakker met een belofte in mijn hart. Een belofte om het leven van mijn naamgeefster te eren en om elk miniem gevoel, dat ook maar enigszins dreigt te lijken op geklaag, direct in de kiem te smoren (met zachte hand) en te transformeren tot liefde.

Anderen zijn altijd een spiegel waar we - als het ons lukt - met geduld en openheid naar kunnen kijken en luisteren. Mijn tante is zo’n geduldige spiegel.

Over haar dood heen reikt ze uit in mijn hart en ik weet dat dat wat zij achterliet, opnieuw zal bloeien.

 

 

www.silent-touch.nl


 

 

vrijdag 2 augustus 2024

De kracht van één dankjewel

Met enige verwondering kijk ik rond in de huiskamer van een bevriend stel. Op de vloer ligt het oude tapijt van mijn ouders. Dit stel zocht juist een tapijt toen wij het huis van onze ouders leeg ruimden. Het was liefde op het eerste gezicht. En nu kijk ik hoe mijn voeten staan op dat overbekende crèmekleurige tapijt, met Chinese bloemen aan de rand. Prachtig is het en ik ben blij dat het hier ligt; fris schoongemaakt en wel.

De vrouw volgt mijn blik en zegt dan dat ze mijn moeder via mijn blogs soms voor zich ziet. Hoe mijn moeder over het tapijt drentelde en her en der een stofje oppakte. Ik moet erom lachen want ze beschrijft  precies zoals het ging. Dan voegt de vrouw eraan toe dat ze mijn moeder op zo'n moment bedankt voor het tapijt. Dit raakt me. Wat klinkt dat lief en wat is dat attent. 

Ken je dat gevoel van een puzzelstukje dat ineens precies op z'n plaats valt? Moeiteloos, naadloos en logisch? Dit was voor mij zo'n moment.

Mijn ouders hebben dat tapijt ooit gekocht. Dat lag in een luxe winkel in Amsterdam, die nu allang niet meer bestaat. Een inkoper heeft het kleed ooit ingekocht, mensen hebben het verpakt en vervoerd. Andere mensen hebben het kleed knoop voor knoop gemaakt met wol. Iemand bedacht het motief en een ander kleurde de wol. Iemand heeft het schaap geschoren en de wol gesponnen. Wol van een dier dat heeft gegraasd in de wei, gevoed door de zon en moeder aarde. Het gras komt uit een zaadje en hoe komt dat zaadje daar eigenlijk?  

Het duizelt me als ik bedenk wie en wat eraan heeft bijgedragen zodat dit kleed hier onder mijn voeten ligt. Al die mensen en dieren, krachten en energieën zijn ontelbaar. Mensen en dieren zijn op hun beurt weer geboren, gevoed, verzorgd uit mensen en dieren. De reeks is eindeloos.

Eén zo'n woord van dankbaarheid van deze vrouw is dan ook niet zomaar exclusief bestemd voor mijn moeder of mijn vader. Deze spontane dankbetuiging komt toe aan alles en iedereen die daaraan heeft bijgedragen.

Inclusief haarzelf.

Eens te meer besef ik dat dankbaarheid een kracht is die ons ogenschijnlijk tot elkaar brengt, maar bovenal de mogelijkheid schept om ons ten diepste te realiseren dat we één zijn.



 

 


woensdag 31 juli 2024

Vriendschap volgens de Dikke Van Dale

Daar zitten we dan, mijn vriendin en ik. Gewoon aan de koffie, zoals we zo vaak samen hebben gezeten.

We kennen elkaar via onze kinderen en over de jaren heen, hebben we van alles meegemaakt en gedeeld. Het is zéker zo dat we van binnen verschillend zijn, maar aan de buitenkant lijken we absoluut op elkaar. We worden wel eens als zusters aangezien, zoals onze kinderen wel eens voor broers worden aangezien. Grappig, zoals we soms dezelfde dingen of kleuren dragen, zonder dat we dat van elkaar weten. Dat heeft wel eens voor wat hilariteit gezorgd. Ook vanochtend was het bingo: spontaan fietste ik in mijn hemelsblauwe jurk even bij haar aan en daar stond ze in de tuindeur, eveneens in haar hemelsblauwe jurk. Ik moet er stilletjes om glimlachen.

Ik ben in eens nieuwsgierig naar het woord 'vriendschap'. Vriendschap is zoiets unieks, heel persoonlijks en eigens. Zou je vriendschap eigenlijk in woorden kunnen vatten? Ik raadpleeg De Dikke Van Dale en dat levert het volgende op:

(en lach niet),  'vriendschap': het bevriend-zijn. (Duh!!)

Ik speur verder: 'bevriend-zijn' geeft 0 resultaten. (Huh??)

'bevriend' = door vriendschap verbonden (Nou nou!)

'vriend' = persoon waarmee je door gevoelens van genegenheid bent verbonden
(Hmm? Alleen door gevoelens van genegenheid?)

'Gevoelens', kent Van Dale tot mijn verrassing niet, maar refereert dan aan
'gevoel' of 'gevoelen' van = het vermogen te voelen.

'Genegenheid' = goedgunstige gezindheid; = liefde (Now we're talking)

Tot slot geeft Van Dale een hele reeks betekenissen bij het woord 'verbonden', waarmee ik je niet zal vervelen.

Veel wijzer, word ik er niet van en het moge helder zijn dat 'vriendschap' inderdaad niet in in woorden is te vangen. Vriendschap kent tenslotte vele gezichten en biedt een regenboog aan kleuren en weersomstandigheden.

Misschien mail ik de Dikke Van Dale eens met de volgende suggestie om toe te voegen:

Vriendschap: Lief en leed delen en samen een kopje koffie drinken, mag ook in stilte (soms beter zelfs). Maar natuurlijk wel met een hemelsblauwe jurk aan (m/v).


 

Wat betekent vriendschap voor jou?


 

  

 


vrijdag 26 juli 2024

Rood, is wel een gepaste tint, kind! (15)

Blijven lachen! Een motto dat mijn moeder hoog in het vaandel heeft. Ook nu de ziekte dementie steeds meer grip op haar krijgt. We maken haar dan ook graag aan het lachen, maar net zo vaak is het andersom. Samen lachen, is soms het enige dat ons rest!

Zo belde ik haar laatst op. In haar hoofd regende het pijpenstelen en die regenbui bleef maar aanhouden.  Dit keer lukte het me niet om haar wat op te vrolijken en ten slotte zei ik dan ook:

'Mam, ik ga u ophangen.'

En tot grote hilariteit en ook wel verrassing, zei moeder toen:

'Nou het wordt tijd; welke kleur touw had je in gedachten?'

Dat moeder dan zo ongelooflijk grappig uit de hoek kan komen, is de redding van het moment. Haar humor - ook al is het een beetje galgenhumor - (over)wint dan toch onverwacht de somberte. Als dan ook nog even haar zonnige lach door de telefoon klinkt, voel ik me erg klein worden. Wat is ze dapper en grappig en wat houdt ze zich toch goed.

De aan de buitenkant praktisch onzichtbare ziekte, breekt langzaam maar gestaag haar hersens af en ik denk terug aan een blog die ik ooit over één van haar wijze lessen schreef toen we beiden veel jonger waren: 'Charmant laten hangen'. Moeder mag dan bezoek hebben van dementie, maar haar wijze lessen, haar geestigheid en liefdevolle presentie, zijn er niet minder door geworden.

'Ik dacht aan rood', hoor ik mezelf dan zeggen, ontwakend uit mijn hersenspinsels.

'Rood, is wel een gepaste tint, kind!', doet moeder dan nog een duit in het zakje.

en dan kunnen we toch niet anders dan in lachen uitbarsten.



 


donderdag 18 juli 2024

'Ik heb je lief, ik heb je lief!'

Na een ongelooflijk drukke en vervullende dag, blik ik even terug op die kleine ontmoetingen, die kleine geluksmomentjes, die mijn leven kleur geven. En het is niet zo dat alles in mijn leven vlekkeloos of zonder slag op stoot, of verdriet of pijn verloopt, zeker niet! Maar nu ik hier zit te tikken, met mijn kopje thee in onze tuin met mijn hond aan mijn voeten, ervaar ik diepe dankbaarheid.

Komt dit door mijn ochtend met mijn kleinkinderen of een dansje met een vreemde? Of dat ik ineens in een hippe herenzaak met mijn jongste zoon een pak uit mocht kiezen of het delen van een pizza aan de waterkant met een blikje bier in mijn hand? Of komt het gewoon door de zomerse warmte? Midden tussen de chaos van het leven ervaar ik juist die kleine momenten als kleine pareltjes.

Het begon vanochtend al vroeg: Vanaf het moment dat ik binnenkom bij onze kleinkinderen tot het moment dat ik wegga, geef ik me er helemaal aan over. Geen vast omlijnde schema's, alleen maar kijken naar die kleine unieke wijze mensjes, aanwezig zijn en zien wat er nodig is. Dat dan terloops de keuken wordt opgeruimd, een boodschapje gedaan, een speeltuintje bezocht, een slaapje wordt gedaan, snoetjes worden gelapt, handjes worden gewassen, knuffels worden gegeven, boterhammetjes worden gegeten, luiers worden verschoond en boekjes worden voorgelezen, is mooi meegenomen en ook wel nuttig. Volop genieten, ongehaast en met aandacht. Wat een voorrecht om oma te mogen zijn. Ouders blij, kinderen blij en OmaLin blij. Iedereen blij.

Dat ik vervolgens voor zoonlief, samen met zijn vriendin en haar zus en zelfs mijn eigen man die toevallig aan kwam fietsen, in een hippe herenzaak een pak mag uitkiezen, had ik vanochtend nog niet kunnen bedenken. Spontane actie, die een verzachtende kleur legt over de reden waarvoor het pak er überhaupt moest komen: het afscheid van een dierbare. Met elkaar werd er een mooi strak pak gekozen en omdat we dit zo met elkaar doen, krijgt het bijna een feestelijk tintje. Het laat mij maar weer zien dat er te midden van een pijnlijke ervaring, zoals het afscheid van een dierbare, zoveel saamhorigheid en liefde en gedragenheid is. Zo wordt het verdriet van een afscheid dragelijker in dankbaarheid voor alles wat er was ..en wat er is.

Naderhand haalt mijn zoon nog een pizza en we delen deze aan de waterkant, onze benen bungelend over een kade in Haarlem. Zoonlief heeft ook wat watertjes en biertjes gehaald en zo toosten we op degene die niet meer bij ons is, op elkaar en op het leven. Met een traan en een lach zitten we naast elkaar, genietend van de zwoele zomeravond, de bootjes die langsvaren en de meerkoeten die ons verlangend aankijken. De zon met al haar warmte verdrijft dan even het verdriet uit het hart en dat geeft een ervaring van zachtheid, verbondenheid en maakt vooral de continuïteit van het leven zichtbaar.

Alleen teruglopend door de knusse binnenstad van Haarlem lever ik de lege blikjes in bij de Appie. In een spontaan gebaar bied ik het statiegeldbonnetje aan aan een jongedame die net staat af te rekenen. In eerste instantie kijkt ze me verstoord aan met zo'n blik van 'val me niet lastig'. Maar al snel licht haar gezicht op en knikt ze verrast, terwijl ze het bonnetje verrekent met haar boodschappen. Als ik doorloop, roept ze me na: 'Mevrouw, Ik HOU van u!!'.

Zo'n liefdesbetuiging over een statiebonnetje van 0,45 cent had ik niet direct verwacht en met minimaal hetzelfde enthousiasme roep ik terug: 'En ik hou van jou!'.

Met een grote glimlach loop ik de straat op, het liedje zingend, dat ik onlangs met Koor Canto zong:
'I like the flowers, I like the daffodills, I like the mountains...'
en naast mij hoor ik een man inzetten:
'I like the green hills, I like the firestone, I like to be alone....'

En voordat ik het weet zwier ik rond met deze wildvreemde man!

Als ik dan nu in mijn tuintje zit, zingt mijn hart: 'lief leven, ik heb je lief, ik heb je lief!'





zondag 30 juni 2024

Gaatjes vullen (14)

Het is weer zondag. Als ik stilhoud bij het verzorgingstehuis, staat mijn moeder al klaar. Niet meer fier en monter, maar fragiel en wankel. Haar fleurige en zwierige jurk, die ze altijd met charme droeg, hangt nu als een uitgebloeide bloem om haar heen. 

Normaliter licht haar gezicht op als ze me ziet, maar nu is er slechts een flauwe glimlach van herkenning. Het kost haar zichtbaar moeite om haar mondhoeken omhoog te plooien. Zelfs het even te gaan verzitten in de autostoel, maakt haar bekaf.

Na een uurtje in de tuin gezeten te hebben met een kopje thee en een koekje, komt er weer iets van kleur op haar wangen. Ook al hebben we elke tien minuten dezelfde gesprekken, toch hebben we het écht gezellig en ik ben blij en dankbaar dat ze er is. Langzaam maar zeker daalt ze van haar dementerende wolk af en landt weer iets meer in het fysieke lichaam en begint ze weer meer op te merken. Zo ook het grote gat in mijn tafelkleed.

'Daar zit een gat', zegt ze dan en met haar goedverzorgde nagel prikt ze triomfantelijk in een groot gat.

'en daar ook een' en ook een tweede nagel prikt door mijn kleed. Ze vraagt direct om een naald en draad en zonder aarzeling, tover ik mijn naaimandje te voorschijn. Ook al heb ik zo mijn twijfels of moeder het nog kan, ik wil haar ook niet ontmoedigen. Dementie vormt vaak geen belemmering voor veel geautomatiseerde handeling, zoals bijvoorbeeld naaien, dammen, dansen, tanden poetsen, bidden.

Geconcentreerd zitten we allebei aan een punt van het tafelkleed en dichten elk een gat. Mijn moeder kon vroeger schitterend en onzichtbaar gaatjes stoppen, maar na een klein kwartiertje hoor ik haar mopperen dat ze óók dit niet meer kan. Binnensmonds moppert ze op zichzelf hoe ze achteruit holt, dat ze een hoofd heeft als een vergiet, dat ze niet eens meer in de tuin kan werken, dat ze niet meer kan koken, niet kan knippen, strijken en dan nu ook niet eens meer naaien.

En met een diepe zucht werpt ze het tafelkleed in de ring. 

Als ik het resultaat zie, valt het allemaal best wel mee en ik tracht haar wat op te beuren. Tenslotte was ik er echt niet aan begonnen als ze me niet had aangespoord. Mijn man voegt er nog aan toe dat het niet om het resultaat gaat maar om het proces. Ze beurt er iets van op en dan ineens zie ik een guitige grijns op haar gezicht verschijnen en kaatst ze olijk terug:

'jullie hebben mooie praatjes, maar praatjes vullen geen gaatjes!'



maandag 13 mei 2024

Geluk op de hoek van de straat!

Bijna fiets ik langs hem heen, maar op het laatste moment herken ik een man uit mijn verleden. Voor zijn hoge leeftijd loopt hij nog met flinke pas en maakt alleen gebruik van een wandelstok. Hij moet even schakelen nu ik van mijn fiets afstap en hem aanspreek, maar hij herkent mij snel en schenkt mij een vriendelijke glimlach. In ons verleden is er wel wat schuring geweest tussen ons en dat maakt dat deze ontmoeting op de hoek van de straat toch ook wel wat spannend is.

Al snel vertelt hij dat zowel hij als zijn vrouw de komende maanden jarig zijn; maar liefst 90 jaar worden ze beiden. Hij ziet er goed en verzorgd uit, deze hoogbejaarde heer. Hij mankeert maar één ziekte, zegt hij, en dat is de ouderdom. Hij lacht er hartelijk bij.

Verder gaat het allemaal goed. Iets strammer, iets minder stabiel maar de hersens werken nog meer dan uitstekend. Op mijn vraag of ouderdom werkelijk een ziekte is of dat je het ook zou kunnen zien als een geschenk - dat je zo oud 'mag' worden - geeft hij onomwonden antwoord. 

'Dat heb ik van niemand gekregen hoor! Dat heb ik zelf gedaan; gewoon goed voor jezelf zorgen en goed eten!'. 

Laatst nog las hij een artikel over gezond oud worden en voeding. Hij had bij zijn kleinkinderen maar weinig bijval hiervoor gekregen maar dat deert hem bepaald niet. Hij staart dan even peinzend voor zich uit waarna hij zichzelf corrigeert: 'Nou, ik heb het niet zelf gedaan hoor. Ik ben wel eerlijk: mijn vrouw is degene die elke dag voor mij zorgt; gewoon aardappelen, groenten en een stukje vlees of vis!'

Wat later laat hij zich ontvallen dat hij en zijn vrouw samen zo gelukkig zijn en dat ze het leven met elkaar koesteren en bijna in één adem zegt hij onomwonden: 'En als één van ons twee overlijdt, dan moeten we maar samen gaan'. 

Het klinkt als een vurig betoog en de saamhorigheid tussen de twee spat ervan af. Als je toch al zo lang met elkaar samen bent, ben je natuurlijk verknocht aan elkaar en kan ik me zo goed voorstellen dat samen overgaan, zo mooi zou zijn. 

Dan vraagt hij ook nog belangstellend naar mijn moeder en ik merk hoe blij ik ben dat ik even van mijn fiets ben afgestapt om met hem te kletsen. Kennelijk vindt hij hetzelfde, want terwijl hij met z'n stok in zijn ene hand en een boodschappentas in zijn andere hand, zijn weg vervolgt, zegt hij: 

'Nou kind, fijn dat je even bent gestopt en dat we even konden kletsen! Groeten aan je man en je moeder'.

Verder mijn weg vervolgend, voel ik hoe zo'n klein en kort gesprek gewoon goud is en hoeveel vriendelijkheid er in deze kleine uitwisseling plaatsvond. 

Geluk zit soms echt in een klein hoekje en soms vind je het op de hoek van de straat!

dinsdag 30 april 2024

Lichtpuntje (13)

Mijn zus en ik bellen elke dag met moeder. Zij in de avond en ik in de ochtend. De afgelopen weken klinkt de stem van moeder benepen en ze blijft haar boodschap herhalen:

'Ik heb er geen zin meer in. Van mij hoeft het niet meer. Ik heb er genoeg van. Ik heb een mooi leven gehad, maar het is nu welletjes.Geef mij maar een pil.' Het zou bijna zo'n foute smartlap van Hazes kunnen zijn. In een flits zie ik moeder en André samen in eenzaamheid hangen in een discotheek. Ondenkbaar, maar in mijn geest kan veel kennelijk.

Mijn moeder begrijpt maar niet dat ze nog steeds leeft. Van alle broers en zusters had zij de zwakste gezondheid en tot op de dag van vandaag blijft het haar verbazen dat ze de hongerwinter in 1944/45 heeft overleefd. En dat uitgerekend zíj nu maar niet dood gaat, dat vindt ze ronduit 'B E L A C H E L I J K'.

'Kind, ik heb alles gedaan! Wat moet ik hier nog? Ik heb niemand meer! Iedereen is dood!'

En dan gaan we zoeken naar de lichtpuntjes. 'Ho ho, wij zijn er nog toch? Straks komt er koffievisite en vanmiddag is er zingen in de zaal en morgen is er een uitje naar Urk.'

Een paar weken geleden konden deze lichtpuntjes haar nog wel opbeuren en nu ziet ze het als 'bezigheidstherapie' en afleiding van de naakte waarheid: Moeder ervaart een diepe eenzaamheid die met geen enkele bezigheidstherapie weg gaat.

Vaak vermande zij zichzelf weer en deed haar best om opgewekt en opgeruimd te klinken. Maar de laatste weken hangt er steeds vaker een sombere sluier over haar heen. Haar altijd rechte schouders beginnen te hangen, haar open blik verandert steeds vaker in een afwezig gestaar, haar frisse teint is vervangen voor een grauw masker en haar geest is regelmatig helemaal verward. Vasculaire dementie. Soms weet ik ook niet meer wat te doen of wat te zeggen, behalve te bevestigen dat ik haar hóór, dat ik haar begrijp en haar gevoelens respecteer.

'Mam ik hou van u'. 

Dan zakt de sluier en zegt ze: 'Dat is zo fijn te horen en ik hou natuurlijk ook van jou! Dank je wel voor je belletje. Daar knap ik zo van op! Dat is een klein lichtpuntje voor me.'

Dat een kort telefoontje toch een lichtpuntje mag zijn, maakt me elke dag dankbaar.
 



Meer weten over bewustwording: www.silent-touch.nl

woensdag 17 april 2024

Denk je aan gospel, dan denk je aan...?

Onze koordirigente brengt bij het opwarmen van onze stemmen vaak een eenvoudig liedje in. Dit keer het refrein van een gospelsong:
'It will get better, better
It will get better, better
It will get better
God is in control!'

Na de eerste inzingronde vraagt onze dirigente: 'Waar denk je aan bij gospel?'

Tja, denk ik aan gospel, dan denk ik aan God. Daar hoef ik niet over na te denken en dan ploeft het er ook uit:

'Aan God natuurlijk!'

De Naam hangt even stil in de ruimte en ik hoor hoe mijn spontane uitroep wat aarzelend eindigt in een sputterend vraagteken. Niet goed?? Misschien was Whitney Houston toch beter geweest?

De dirigente lost glimlachend het ongemak op met de bemoedigende woorden dat het natuurlijk prima is om aan God te denken maar omdat we in een koor zitten, we ook in 'zangtermen' kunnen denken. En ja, ze heeft gelijk! Het moment leent zich er natuurlijk helemaal niet voor om uit te zoeken wie, wát verstaat onder 'God' - als je dat al onder woorden zou kunnen brengen. 

Al snel klinken er andere opties, zoals zingen met vibratie (overigens een uitstekende andere naam voor God, denk ik in stilte) of rond en open. 

Zo gezegd zo gedaan en binnen de kortste keren zingen we uit volle borst, vol enthousiasme en ook nog driestemmig:

'BÈhehetter! BÈhehetter!

It will get bèhetter!'

Na drie knallende rondes merkt een medezanger droogjes op dat we ietwat klinken als een kudde mekkerende schapen. Terwijl ze het zegt, zie ik direct De Herder met zijn kudde schapen door de zaal lopen. Hoe ik ook mijn best doe, ik kan echt niet serieus blijven. Ik ben echt een verloren schaap.


zondag 24 maart 2024

Dromen over zeven

‘In de branding liggen mijn zeven klassieke, kostbare speedboten op een rij, van klein naar groot. De dichtstbijzijnde boot heeft een klein formaat en helemaal aan het einde van de rij ligt de grootste. Het is een indrukwekkend gezicht. Het hagelwitte strand wordt omzoomd door palmbomen en de azuurblauwe zee strekt zich uit onder een wolkeloze lucht. Dan krijg ik de opdracht om te gaan varen en ik stap in de dichtstbijzijnde, kleinste boot. Eenmaal aan boord begint het te waaien en een flinke storm steekt op. Donkere wolken pakken zich samen en het schip wordt heen en weer geslingerd op de steeds wilder wordende oceaan. Er is geen paniek, slechts verbazing dat het weer zo is omgeslagen en ik vraag me af waarom ik uitgerekend nu ben gaan varen? Ik blijf praktisch en trek een zwemvest aan.’

Bij zo’n heldere droom vraag ik me af of deze een specifieke betekenis heeft? Samen met een vriendin associëren we op mijn droom. Bij haar komt het Bijbelse verhaal van Matteüs 8, 23-27 naar boven: Jezus vaart met zijn volgelingen op een schip, dat in een storm belandt, waarbij iedereen in paniek is, behalve Jezus; hij is vol vertrouwen in de Vader. Dat diepe vertrouwen raakt.

Wat later associeer ik met mijn man nog wat verder over het getal zeven. ‘Zeven dagen van de week, zeven (grote) chakra’s, zeven tonen in de toonladder, zeven kleuren in de regenboog. Zeven is een priemgetal (uitsluitend deelbaar door zichzelf). Zeven organen, zeven zonden, zeven deugden’. Ik begin helemaal enthousiast te worden. ‘Zeven vette jaren, zeven magere jaren, zeven plagen, zeven engelen’.

Dan wordt het stil en ik vraag me af wat er nu precies zichtbaar wil worden in zo’n droom? Vaak staat zo’n droom niet op zich. Het leven geeft onafgebroken vingerwijzingen en de kunst van het leven blijft om deze op te merken, zonder er iets spiritueels, magisch’ of bijzonders van te maken. Eerder open, present en speels. 

Alsof mijn man mijn gedachten kan lezen, hoor ik hem ineens droogjes zeggen:

‘En vergeet vooral de Zeven Dwergen niet.’ 

 
 

 

maandag 18 maart 2024

Doe 's lief! (12)

Elke ochtend bel ik mijn moeder. Gewoon om te vragen hoe ze zich voelt, wat er op haar programma staat en hoe haar stemming is. Door de vasculaire dementie wisselt haar stemming nogal de laatste tijd. Al een aantal dagen op rij klinkt moeder somber, zwaarmoedig en gedeprimeerd. 

Mijn - over het algemeen - opgewekte moeder verdwijnt stukje bij beetje en haar opgeruimdheid maakt plaats voor een stille somberte. Het is een pijnlijk proces. 

Meestal kan ik haar wel opvrolijken en is er vooral diep respect en begrip voor haar. Maar vandaag voel ik ineens dat er ongeduld in mij kruipt. Terwijl ik aan de telefoon ben, zit ik achter mijn laptop en scrol door wat nieuwsberichten heen. Af en toe zeg ik 'hmm hmmm' en eigenlijk ben ik er helemaal niet bij. Ik doe mijn best om nog even mijn aandacht erbij te houden, maar naast het ongeduld ervaar ik nu ook irritatie. Schaamte. Zucht. Menselijk.

 
'Ga je schamen! Het is je móeder! Doe 's lief!' ,
klinkt er een krakend, bemoeizuchtig en vooral luid stemmetje vanaf mijn schouder.

 

Het toeval wil dat ik juist op dat moment bij het scrollen een klein gebedje zie:

'Altijd lief te zijn voor and'ren
dat vergeet ik telkens weer.
'k wil niet boos of kribbig wezen.
Maak mij vriend'lijk.
Help mij Heer'.

Schaamte, ongeduld, irritatie lost op. En voordat mijn focus weer volledig naar mijn moeder terugkeert, denk ik met een glimlach aan de Franse schrijver George Bernanos:

'Mais, ce que nous appelons hasard, c'est peut-être la logique de Dieu?'
Maar, wat wij toeval noemen, is misschien de logica van God? 

Dat klinkt voor mij toevallig heel logisch!
 

 

Wil je meer weten over bewustwording?
www.silent-touch.nl

 

 



woensdag 6 maart 2024

In Gods naam vrede sluiten! (11)

Tijdens het opruimen van een keukenla bij mijn ouders vond ik een oud spel. Halma. Mijn moeder van over de 90 weet - met haar bij tijd en wijlen verwarde geest - precies wat de spelregels zijn.

Terwijl we spelen, grappen we (zij vooral) over haar geautomatiseerde kennis van zo'n spel, terwijl ze soms moeite heeft met de ooit voor haar zo vanzelfsprekende dingen, zoals het bijhouden van een agenda.
 
Geconcentreerd tracht moeder paadjes te vinden om haar pionnen zo snel mogelijk in het tegenoverliggende veld te brengen en ze is vastberaden mij te verslaan. Als haar enthousiasme iets te fanatiek wordt, merk ik lachend op dat het geen oorlog is maar een spelletje.
 
Dat triggert iets in haar en haar hele houding verandert plotseling als ze ze me vraagt of het waar is dat onze Joodse medelanders niet meer veilig zijn en dat er demonstraties waren bij de opening van het Holocaust museum. Haar verdriet en angst voor de wereldoorlogen van toen en nu is zichtbaar.
 
Met verdrietige ogen kijkt ze me aan en voegt er verslagen aan toe dat ze maar niet begrijpt waarom mensen niets hebben geleerd van eerdere oorlogen. Ze schudt haar witte krullen en buigt verslagen haar hoofd.
 
Moeder volgt elke dag het nieuws en is - ondanks haar ziekte - blijvend betrokken bij het wel en wee in de wereld. Samen spreken we over de oorlogen van toen en nu, over de onveilige situaties voor zovele mensen op zoveel plaatsen in de wereld, over alle zinloos verloren levens van mensen en dieren.
 
Dan zucht mijn moeder: 'ieder mens is even waardevol en elk mens mag zijn eigen geloof hebben. Hoe kan het toch zijn dat in de naam van God er zoveel leed wordt veroorzaakt?'.
 
Ik denk aan de boodschap uit de Bhagavad Gita 'the war is within' en begrijp steeds beter dat dit mystieke gevecht van goed en kwaad in ieder van ons woedt. Vaak ook nog onbewust. Ik besef dat we uitsluitend in onszelf kunnen en moeten beginnen. Ons gesprek verdiept zich als we hierover uitwisselen. 
 
Na ons gesprek zitten we met in elkaar verstrengelde handen samen in stilte en ervaren beiden een gevoel van vrede en saamhorigheid. Geen angst voor de toekomst, geen pijn uit het verleden. Vrede in dit moment. 'Peace is within'.
 
Laten we in Gods naam VREDE sluiten!
 




zaterdag 2 maart 2024

'Ik ben toch een MENS?'

Voorzichtig trekt mijn kleinzoon van twee de speelgoeddoos onder de bank vandaan. Hij heeft eerder met wat meer enthousiasme de doos tevoorschijn getoverd, waarbij een plantenpot sneuvelde. Kennelijk is hij dat niet vergeten en ik zie dat hij dit keer met vaste handjes en met een geconcentreerde blik de doos langzaam naar het midden van de kamer manoeuvreert. Dan wordt de inhoud geïnspecteerd en ontdekt hij tussen de vertrouwde spulletjes een nieuw spel. Een spel met hele kleine pionnetjes waarvoor hij nog net wat te klein is. Stom natuurlijk, dat ik het erin heb gelegd, maar zijn moeder legt het hem rustig uit, terwijl ze het spel terzijde legt.

'Dat spel is voor grote mensen', zegt zijn moeder.

'Ja, maar ik ben toch al groot', zegt hij vol overtuiging.

'Ja, jij bent al groter, maar nog niet groot genoeg; je hebt grote mensen en kleine mensen'.

Dan valt het even stil.

'Ik ben toch een MENS?', roept hij dan vol verontwaardiging en hij kijkt zijn moeder afwachtend aan. Daar heeft ze vast niet van terug, lijkt hij te denken.

'Ja', hoor ik zijn moeder zeggen, 'dat ben je! Jij bent zéker een mens. En toch heb je grotere mensen en kleinere mensen. Papa is een groot mens en Opa is groot mens en jij bent een klein mens en dit spel is voor grote mensen, maar er ligt nog een spel dat weer voor kleine mensen is'.

Je ziet dat de kleine mens de woorden van zijn moeder tot zich neemt en kennelijk heeft ze hem overtuigd, want ik zie dat hij zijn kleine schoudertjes gelaten even ophaalt.

Dan vraagt zijn mama: 'En wat ben ik?'

'Jij bent een P.R.I.N.S.E.S!.', zegt hij dan triomfantelijk. Hij klinkt dan minimaal net zo overtuigend als zijn mama, en dan ineens springt hij omhoog en voegt eraan toe: 'Prinsessen mogen dat spel ook niet spelen hoor!'.

Vanuit de keuken volg ik het gesprekje en smoor mijn glimlach in de theedoek. Dit kleine mens is dan weliswaar te klein voor 'Mens erger je niet', maar hij weet absoluut hoe hij zijn troeven uit moet spelen!



maandag 19 februari 2024

Mijn guru, het bamboe

Met klein groepje neem ik deel aan een stilteretraite. De prachtig aangelegde stiltetuin vormt een uitnodiging de stilte diep te omarmen. We mediteren, reciteren, wandelen, eten, drinken, alles in stilte. Ik voel me hier als een vis in het water. 

Er staat ook seva op het programma. Het woord Seva komt uit het hindoeïsme en betekent onbaatzuchtige dienstbaarheid. We mogen onze - over het algemeen - stadse en westerse handjes uitsteken in de tuin. Met bijlen, knipscharen, scheppen, emmers en kruiwagens zwermen we uit over de stiltetuin. Na de aanhoudende regen is de grond veranderd in een modderpoel en onze laarzen maken een zuigend en smakkend geluid terwijl we rondbanjeren. Er mag gesnoeid worden en we onderhandelen vol overgave in stilte met elke tak die we gaan snoeien.

Na afloop van de seva loop ik moe maar voldaan in een veld met sierbamboe. De lucht betrekt alweer en de wind zwelt aan. Ik sta stil tussen het bamboe en sluit mijn ogen. Het bamboe buigt mee met de wind en langzaam ga ik mee in dat ritme. Het buigt mee en veert terug. De pluimen dansen sierlijk mee. 

Het verhaal van Krishna en de fluit waarop hij zijn Goddelijke lied speelt, komt in mij op. Deze fluit is een symbool voor het menselijke hart en als wij leeg zijn, hol zijn, zoals de bamboefluit van Krishna, kan God ons vullen met zijn liefde, zoals Krishna de fluit vult met zijn adem. 

Ik heb geen idee waarom zo'n verhaal in mij langskomt; het enige dat ik weet, is dat ik daar sta, tussen dat bamboe, met Krishna in mijn hart.

Ik ervaar zo'n grote liefde dat ik zo maar heel spontaan mezelf vergeet.

HARE KRISHNA, HARE KRISHNA
KRISHNA KRISHNA, HARE HARE
HARE RAMA, HARE RAMA
RAMA RAMA, HARE HARE

Amazing grace, how sweet the sound
that saved a soul, a soul like me
I once was lost, but now I am found
was blind, so blind, but now I see



Meer weten over meditatie en bewustwording?

dinsdag 23 januari 2024

Karaoke

Een aantal leden van 'mijn' koor begon het jaar met een karaoke-avondje. Ik had die avond andere afspraken maar via de groepsapp kon ik achteraf volop meegenieten. De bekende meezingers kwamen voorbij en de nummers die we als koor zelf ook zingen, werden prachtig meerstemmig en vol enthousiasme uitgevoerd. Nou...je had erbij moeten zijn. Een van de koorleden schreef er zomaar een blog over.  

De ludieke opnames inspireerden onze dirigente dusdanig dat ze twee Amsterdamse liedjes in een nieuw jasje heeft gegoten. En zo verscheen 'Geef mij maar Amsterdam' en 'Bloed zweet en tranen' in onze dropbox. De vrolijke noten van 'Geef mij maar Amsterdam' met Willie Alberti in mijn herinnering, spreken mij - als Amterdamse - direct aan. Het lied van Hazes daarentegen is me w.e.r.k.e.l.i.j.k te veel. Er hangt een zwaarmoedige, depressieve, melancholische energie aan het lied, die mij eenvoudigweg (sneeuwvlokje als ik ben) fysiek pijn doet. Doe mij maar 'Leef!' het lied van André Hazes jr. Daar gaat een hele andere boodschap en dito energie vanuit.

Natuurlijk is er voor elk genre ruimte en in een koor beweeg je mee met wat er wordt aangeboden. Ons koor kent een breed aanbod en daar focus ik op. Dit lied is voor mij weer een spiegel, waar ik in mag kijken met al mijn kleinere en grotere ego voor- en afkeuren en neem de uitnodiging met beide handen aan om neutraal te blijven.

Hoe? Dat weet ik nog niet, want elke keer als ik de terugkerende tekst uitspreek 'Rot nu maar op' snijdt me deze door merg en been en veroorzaakt inderdaad bloed, zweet en tranen.

 

#Bewustwording #muziek #energie #vertrouwen

www.silent-touch.nl


woensdag 10 januari 2024

De belofte van de winter

 'krak, krak, krak', klinkt het onder mijn voeten. De grond is bevroren op deze winterse ochtend in januari. Goed warm aangekleed, volg ik mijn hond die een paar meter voor me uit de weg 'wijst'. Onze Russische hond leeft extra op in de kou en ze huppelt bijna voor me uit. Ik geniet van de wandelingen op de vroege ochtend, vooral nu het bos in deze tijd van het jaar zo stil is.

De blaadjes en afgebroken takken vormen een dikke bruine beschermende laag op de grond en de bomen zien er wat kalig uit. Het blijft me verwonderen dat uit al die kaalte over een paar weken weer leven wordt geboren. Van onder het bladerdek zullen de sneeuwklokjes als eerste tevoorschijn schieten, al snel gevolgd door de stelen van de narcissen. En aan de nu kale takken van de bomen zullen weldra knoppen verschijnen, vol nieuw blad. 

Bijna on(op)gemerkt bereidt Moeder Aarde de geboorte van de lente voor. Ze vraagt er niets voor, ze heeft geen reclame nodig, zelfs geen instagramaccount. Gratis en voor niets. 

Ze leeft en wij leven door haar. Het idee dat de winter nieuw leven voor ons in petto heeft, voelt als een plechtige belofte.

En zo'n belofte, die tot ons allemaal spreekt in de stilte van de natuur, blijft me raken.

 

Geniet van de dag!



 

 

Silent Touch: bewustwording, verdieping & heling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

maandag 8 januari 2024

De spijker

De muren van onze huiskamer zijn heel lang (lees: ruim 18 jaar) leeg gebleven. Geen klok, geen schilderij, geen spijkertje in de muur. We kunnen eenvoudigweg niets passends vinden dat we beiden even mooi vinden of dat niet zou gaan vervelen. En toen, ineens kwam manlief met een hamer en een spijker. Hij maakte een gaatje en hing een foto op.  

Het is een foto van een sterrenhemel met op de voorgrond een mens, die zit op een rots. Tegen de donkerte van de avondlucht, waarin al die sterren schitteren, valt dat mensje in het niet. De foto doet ons eraan herinneren hoe groot het universum is en hoe nietig onze aarde is en de mens, nog vele malen nietiger.  

De foto van dat hele grote universum wakkert in mij tevens dat enorme gevoel van ontzag, dankbaarheid en overgave aan. 'Wow, wie ben ik?'. En zo heeft alles en iedereen zijn eigen plek; zijn eigen Kosmische tijd in vorm, in plaats, in trilling, frequentie. Daar kan het menselijke verstand niet bij, dat is grootser dan wij ooit zullen kunnen bevroeden. 

De foto sluit aan bij een deel van mijn ochtendgebed: 

Thank you God,  
Mother Earth, Father Sun,  
the moon, the stars, the heavens,  
the angels, the inner beings of light and love, 
For holding us in this perfect balance; 
for nurturing us, 
for taking care of us, 
for offering us shelter and protection, 
for feeding us and loving us. 
Thank you. 
Bless you.
 

 

Onze muren zijn dus niet meer kaal, maar er prijkt een unieke foto, waar een mystieke energie vanuit gaat. Een beeld dat ons uitnodigt verder te zien. Een zicht, zo weids, dat we ons kunnen realiseren dat we weliswaar klein zijn, maar dat ieder een uniek plekje in het grote geheel heeft. Ons licht schijnt net als al die andere sterren in dat immense heelal. De foto nodigt uit tot vertrouwen, overgave en vrede.

Eigenlijk heeft mijn man niet alleen een spijker in de muur geslagen, maar bovenal de spijker op zijn kop.

Photo by Cristian Grigore