dinsdag 18 december 2018

Wat mij betreft mag het roer om...en dus níet de boom!

De deurbel gaat. Ik heb het kantoor net afgesloten en wil naar huis gaan. Ik ren de trap op en als ik de deur open, staan daar twee blij kijkende jongemannen in het schemerende avondlicht met twee belachelijk grote kerstbomen: 'Twee bomen voor uw kantoor! Nog net op tijd, zie ik!'. Ik sta half met mijn jas aan en instrueer de jongens waar ze de bomen moeten neerzetten.

De jongens planten de bomen zonder veel omhaal op de aangewezen plekken en zijn alweer weg voordat ik iets kan zeggen. Ik kijk naar de bomen. Groot, groen, mooi vol in de naald en dan valt mijn blik op het kille kruis onder aan de stam. Ik kan er niets aan doen, maar de tranen springen in mijn ogen en rollen over mijn wangen. 'Wat doen we met z'n allen? We hakken bomen om voor ons plezier? Zetten er een kruis onder en na twee weken zetten we de fik erin? In deze wereld waar we zuinig op moeten zijn!'. De nutteloosheid en argeloosheid raakt me.

Razendsnel vliegt door me heen dat ook ik wel eens een kerstboom heb. Niet alle jaren, precies om deze reden. En ook niet eentje van plastic in verband met de belasting van het milieu. Maar ik heb ook wel eens een boom, in een pot, en probeer die altijd over te brengen naar het volgende jaar en soms ook wel te planten, maar weer bekruipt me een rotgevoel; wát doen we toch?

Ik kan me zo voorstellen dat deze bomen nog in shock zijn: zomaar omgehakt, kruis eronder, netje eroverheen, in een vrachtwagen, in een kantoorpand/huis en dan versierd worden. Binnen twee weken is hun leven gewoon over. 'Stel je niet zo aan', hoor ik je heus wel denken. Ik stel me niet aan. Ik ben ook in shock, dus ik vertel deze bomen dat het me spijt, dat ik ze dan in elk geval heel mooi ga maken, dat ik ze bedank dat ze voor ons zijn gegroeid en dat ik elke dag van ze zal genieten. 

Ik neem me onderweg naar huis voor om geen boom meer in huis te halen. Het thuisfront dacht daar kennelijk anders over, want bij thuiskomst staat er een klein boompje in een pot me al op te wachten. Ik vertel mijn man mijn huilbui bij de dode bomen en hij merkt op dat hij precies hetzelfde voelde. Niet dat hij er dan bij staat te huilen; dat dan weer niet. Hij vertelt dat hij daarom ook een boom in een pot heeft gekocht. Samen tillen we de boom ons huis in. 

'Hi boom, welkom in ons huis, het is hier heus wel pluis.
Ik zal je verwennen en versieren en het leven met je vieren. 
Lichtjes in je branden en mijn hart aan je verwarmen. 
Ik zal van je genieten en begieten.
En over een paar weekjes draag ik je weer naar buiten en zet je in de grond
Daar waar je het aller, allerbeste en mooiste tot je recht komt!
En misschien kom ik je dan nog eens bezoeken
en hang ik vogelvoer in je tak
en ik beloof je dat ik je niet omhak!'

Het valt toch eigenlijk niet te rijmen? De boodschap van kerstmis is vrede op aarde, voor alle levende, voelende wezens. Hoe verhoudt zich dat dan tot het omhakken van bomen? 
Wat mij betreft mag het roer om...en dus níet de boom.


www.silent-touch.nl

maandag 12 november 2018

In liefde

Mijn vriend is niet meer,
niet meer in de heilige tempel,
waarin we elkaar ontmoetten en herkenden
in dit leven.

Zo hield ik gisteren je hand nog vast
en keken we elkaar aan.
Vandaag lig je stilletjes
doorschijnend mooi te zijn..

Gisteren vocht je nog tegen de pijn
en het aardse.
Vandaag ben je vredig
in liefde gevallen.

Ons samenzijn heeft nu een
andere kleur
een andere smaak
een andere klank
een ander licht.

Dunner
IJler
Zoekend
Vindend
Rustend
Verbindend.

'Komt tot liefde', fluisterde je ontelbare keren.
En op het laatst gonsde deze mantra
als vanzelf door je heen.

Als een lichte trilling nam de liefde je over
en voerde je
niet weg
niet mee
niet ergens heen...

Nee... de liefde overspoelde je
en nam je op in haar verwelkomende
wachtende
Stilte.

Wiegend
Versmeltend
Verzachtend
Verstillend.

Totdat jij er niet meer was
maar alleen
de liefde
die je altijd al was.




Dankbaar.


Silence Touched


zondag 21 oktober 2018

Gloria in excelsis Deo...Alzheimer heeft niet overal vat op!

Ik kijk hem aan, terwijl ik zijn huid van zijn kin span. Nooit gedacht dat ik ooit mijn vader zou scheren, maar daar sta ik dan in zijn kamer. Hij zit recht op in zijn rolstoel en uit zijn houding straalt nog steeds kracht en trots. Het is raar te zien dat hij bijna niets meer kan. Hij volgt mijn bewegingen nauwkeurig en mompelt steeds:
'Goh, het doet helemaal geen pijn!'
. Nauwkeurig maak ik zijn wangen, zijn kin en nek stoppelvrij. 'Zo, nu ziet u er weer uit als mijn vader'.
Ik geef hem mijn kleine handspiegeltje, maar hij kan het niet zien. 'Goh, het doet helemaal geen pijn!', zegt hij weer verbaasd. Ik maak me zorgen...zou het dan normaal wèl pijn doen?

Samen luisteren we in zijn kamertje naar de Kroningsmis van Mozart. Tot vervelends toe moesten we dat vroeger aanhoren. Hij maande ons dan tot stilte en dan liepen we op kousenvoeten door het huis, terwijl mijn vader vanuit zijn stoel een orkest aan het dirigeren was. Hij keerde dan helemaal naar binnen en bewoog heftig met zijn armen in de lucht en zong uit volle borst mee. Superbelachelijk, vond ik dat.

Nu is het heerlijk om samen met hem te zitten, te luisteren naar 'zijn' muziek, zoals hij dat zelf zegt. Daar is niets superbelachelijks meer aan. Zodra hij de eerste tonen hoort van het 'Gloria' gaat er een huivering door hem heen. Hij richt zijn handen weer naar de hemel. Nu glimlach ik en ik begrijp hem. Je kunt je handen bij zoiets schitterends toch niet stilhouden? Hij smelt bij het Kyrie. En zijn ogen vullen zich met tranen bij het Credo.
'Zóóóó mooi', stamelt hij.

Ooit moest de muziek knalhard en nu maant hij me dat ik het volume moet temperen. Ooit kon hij een hele zondag vullen met deze muziek en nu kan hij hooguit 15 minuten luisteren. Het wordt hem te veel..'Moet ik niet al eten?', vraagt hij bezorgd.

Ik breng hem weer naar de gemeenschappelijk huiskamer, waar hij 'zijn' plekje inneemt. Het is etenstijd. Een medebewoonster vertelt hem een verhaal waar geen begin en eind aan zit.
'Excuseer mij, ik ben nu even de draad kwijt', zegt hij beleefd en de dame begint opnieuw. Beiden glimlachen. Ze lijken het wel goed te kunnen vinden.

Als ik wegga, geef ik hem een kus en groet de andere bewoners.
'Ho, ho, waarom groet jij iedereen? Ik ben toch je vader? Je hoeft alleen mij maar te groeten!'.
'Ja, maar pap, ik ben netjes opgevoed en ik groet dus iedereen, maar u krijgt dan mijn óppergroet'. 

'Dan is het goed!, zegt hij gerustgesteld: 'Gloria in excelsis Deo!' voegt hij er met kracht achteraan en ik zie her en der een knikkend hoofd van de andere bewoners omhoogschieten.

Alzheimer heeft niet overal vat op!

Luister hier naar een versie van
het 'Gloria in excelsis Deo!'
.
 
 www.silent-touch.nl

donderdag 18 oktober 2018

En nu weg jij: dit is mijn vrouwtje, niet de jouwe

Ken je dat gevoel van dat je denkt alle tijd te hebben? Dat je rustig aan kunt doen? Dat je een mooie vrije dag hebt? En dat alles dan anders gaat?

Mijn Russische harige vierpotige vriendin (eigenlijk de vriendin van mijn man) loopt met enthousiast opgekrulde staart en parmantige pas hijgend de voordeur binnen. Ze stormt langs me en sloebert met veel geluid en gespetter de waterbak leeg. Ik loop alweer met een dweiltje achter haar aan. Omgekeerde wereld, denk ik nog steeds wat pissig.


FOEI, zeg ik. FOEI FOEI FOEI, en een inwendige aanroep van God moet daar dan kracht bij zetten.
Als antwoord legt ze haar oren in haar nek en gaat languit in haar mand liggen. Binnen een paar tellen slaapt ze, moe en voldaan.

Ja, zij wel: Zij nam bij de ochtendwandeling in het bos direct de benen.Spurtte het voor-honden-verboden-bos in. Wie bedenkt ook zoiets: een honden-los-loop-bos naast een verboden-voor-honden-bos en dan met uitsluitend een bordje en een open hek ertussen. Mijn hond plast er lustig tegenaan.

Weg is ze, tien minuten, 30 minuten. Ondanks herhaalde aansporingen te komen. Haar tracker toont dat ze op 274 meter afstand van mij is. Met twee andere honden - en het risico tot een boete - wurm ik mezelf door het hek. Met mijn uitmuntende vrouwelijke gevoel voor richting (not) vind ik haar pas een kwartier verder. Onverstoorbaar voor mijn stem, mijn geroep, de hondenkoekjes, mijn woede, mijn verleidingen, mijn hulpeloosheid scharrelt ze rustig verder op pak 'm beet 15 meter afstand. We worden gescheiden door een voor mij ondoordringbare haag. Ik word volkomen genegeerd. Kwaaier kun je mij niet krijgen. Er flits een advertentie op Marktplaats langs. Vastberaden niet meer te wachten, steven ik naar huis, stap in mijn auto want ik heb een lang-vooruit-geplande-afspraak-die-ik-niet-wil-missen in mijn agenda.

Op deze afspraak aangekomen, heeft mijn woede plaatsgemaakt voor irritatie. Op dat moment geeft de tracker van madame aan dat ze thuis is en belt de baas dat ik toch echt de hond niet buiten kan laten staan. Omgekeerde wereld, denk ik weer. Rechtsomkeer dan maar. Tegen de tijd dat ik thuis ben, zie ik op mijn tracker dat ze alweer de benen heeft genomen. Wie laat wie uit eigenlijk?

Mijn afspraak zegt heel lief en vergoeilijkend dat de hond mij gewoon een vrije dag gunt.
Ha! Alsof deze hond denkt..Alsof deze hond bezig is met de invulling van mijn dag.
Deze hond is helemaal niet bezig. Deze hond leeft gewoon en volgt haar instinct, heeft alle tijd, doet het rustig aan en heeft gewoon altijd het gevoel van een heerlijke vrije dag en als die anders loopt, loopt die gewoon anders.

Tja, het beste dat ik kan doen is om haar voorbeeld te volgen. Ik neem een paar slokken van mijn thee, smeer een plak ontbijtkoek en laat de dag maar gewoon lopen, zoals deze loopt.

Mijn deurbel gaat en een oude vriend staat op de stoep met een mooie bos bloemen, gewoon omdat hij dat wilde.
Ik wist niet of je thuis zou zijn...

Dank je wel voor de bloemen
, stamel ik blij verrast, eigenlijk zou ik ook niet thuis zijn en werp een blik naast me.


De Russin wijkt niet van mijn zijde en dirigeert de vriend met ferme blaf de oprit af:

En nu weg jij, dit is mijn vrouwtje, niet de jouwe.




dinsdag 16 oktober 2018

Ik dank je uit de grond van mijn voeten en mijn hart

Vandaag is ze jarig, 84 jaar. net een jaar jonger dan mijn moeder. Mijn moeder heeft echt één unieke vriendin. Ik ken niemand die zo overstroomt van blijdschap als zij. Er straalt een soort onbaatzuchtige, belangeloze liefde uit haar hele wezen. Dat overvalt me elke keer weer opnieuw en ze geeft me altijd een gevoel van geliefd te zijn. Overigens heeft ze op iedereen die ik ken zo'n effect. Dit zonnestraaltje woont aan de andere kant van de wereld, op een eiland waar de zon altijd schijnt. Dat verbaast me dan weer niets natuurlijk. Ik bel haar op, spontane actie.

'Goedemorgen?', klinkt haar stem vragend.
'Hey lieverd, met mij!'. We spreken elkaar echt bijna nooit en ze weet direct wie ik ben.
Een waterval van blijdschap stroomt over continenten en wereldzeeën heen zó mijn telefoon in.
'Ach kind, wat heerlijk dat jij mij belt. Mijn dag is nu helemaal geweldig.'

Ik glimlach om haar enthousiasme en ze vraagt me de oren van mijn hoofd hoe het gaat. Ze wil alles weten en is vol warme belangstelling. Ze vertelt dat ze op dit moment in een winkeltje staat van de hospice en dat ze dat twee keer in de week drie uur doet als vrijwilliger. (84 jaar, denk ik)
'De oudste vrijwilliger is 92, dus ik ben nog een jonkie', grinnikt ze.
Alles gaat goed met haar en haar man. Ze verhaalt over haar kinderen en haar recente intense familiebezoek in Nederland.

Door haar onverwachte bezoek in Nederland kon zij bij ons huwelijk zijn en als ik zeg dat het toch een geschenk van God was, dat zij erbij kon zijn, wordt het even heel stil.
'Lieve kind, elke dag is een geschenk van Onze Lieve Heer'.
Ik smelt van haar natuurlijke devotie en voel me nederig worden. Mijn God, wat kan ik nog veel van haar leren.
'Dan moet dit wel een bonus van Hem zijn geweest'. We lachen samen en ze verzekert mij dat het één van haar mooiste dagen in Nederland was.

'Ach, lieve kind, ik vind het heerlijk dat je belt, ik loop hier helemaal te huilen van geluk en ik word er bijna zenuwachtig van! Ik dank je uit de grond van mijn voeten en mijn hart!'.

Haar stem trilt nog na in mijn hart. Wie is nu wie dankbaar? Ik voel me blij en ja, gewoon ook in mijn voeten.

Ik bof.






zondag 16 september 2018

Vipassana, een introductie



Vipassana is een van de oudste vormen van meditatie, die door Boeddha, de Verlichte, de Ontwaakte, werd geleefd en vervolgens onderwezen. Vipassana betekent de dingen zien zoals ze zijn oftewel zijn met dat wat er is. Het wordt daarom ook wel inzichtmeditatie genoemd. Over vipassana kunnen we praten, schrijven en lezen, maar de enige manier om vipassana te ontdekken, is door het te gaan doen, te ervaren. 

Meditatie kun je eigenlijk ook niet doen, maar hoe start je? Waar begin je? Je begint eenvoudig met de intentie om te verstillen en de prikkels van buitenaf even stopzet. Dat geeft al een verandering. Zodra je je ogen sluit, merk je een subtiel verschil. Als je daarbij ook nog je lichaam laat rusten, verandert er nog meer.  

Voor sommigen is het een verademing, voor anderen voelt het ongemakkelijk. In alle gevallen wordt er in elk geval iets zichtbaar, wat we in de drukte van het dagelijkse leven eenvoudigweg missen.

Door volkomen te verstillen, bereid je je lichaam, je geest voor op iets anders. Word je stil, dan krijg je inzicht in jezelf, in je gedachten, emoties, krampen, verlangens, onrust. 
Alleen al dit inzicht, kan ervoor zorgen dat je jezelf en wat je doet beter begrijpt.  

Toch ligt er nog een uitnodiging verborgen in dit inzicht. Je kunt dieper gaan dan alleen maar begrip. Voorbij het inzicht in jezelf, je gedachten etc. kun je een afstand opmerken. Een afstand, die ik zelf ervaar als ‘ruimte’. Er bestaat ruimte tussen jou en lichaam, jou en je gedachten, jou en je emoties, jou en je handelen, jou en je angsten, jou en je verlangens.

Het opmerken van deze ruimte is van essentieel belang. Bij het onderzoeken van deze ruimte begint het je te dagen dat je niet alleen een optelsom bent van je lijf, je gedachten en emoties.  

Kennelijk is er iets, dat dit allemaal ziet, hoort, ervaart. Vaak wordt dat ‘iets’ de waarnemer genoemd. Een mooie term, die we – wat mij betreft - nog veel meer kunnen uitdiepen.
Precies in dat uitdiepen, ligt een grote uitdaging. Hoe dieper je deze waarnemer of waarnemendheid gaat onderzoeken, des te groter komt in beeld, dat je dus écht niet je lichaam, je gedachten, je emoties bent. Je kunt zelfs ontdekken dat ook de waarnemer wordt opgemerkt door iets. En dan stuit iedereen op de universele vraag: 

‘wie of wat ben ik dan wel?’.

(2Bcontinued) 

dinsdag 10 juli 2018

Vergeetachtige charme

'Waar breng je me helemaal naar toe?'. Mijn vader beweegt ietwat verward zijn hoofd van links naar rechts. 'Ik ken het hier helemaal niet! Ken jij het hier dan wel? Hoe ken jij de weg hier?'. Mijn vader herhaalt deze zinnen elke keer als ik met hem wandel.

Ook al vallen de mussen van het dak, hij zit van top tot teen ingestopt en dan nog herhaalt hij: 'wat is het koud zeg'. Ik loop hijgend van de warmte achter zijn rolstoel en trap mijn sandalen uit. Heerlijk om de warme stenen te voelen onder mijn blote voeten. Regelmatig lopen we hier, langs huizen, die hij maar armoedig vindt. Langs een flatgebouw, waarvan hij zich afvraagt wie zoiets lelijks kan ontwerpen. Elke keer verbaast hij zich weer over het voetbalveldje en het klimrek.

Het is vandaag snikheet. We stoppen langs de vaart bij een bankje en ik zet muziek aan: Requiem van Mozart. Hij werpt een afkeurende blik op mijn blote voeten en zegt de gevleugelde woorden: 'dat geeft geen pas', maar de woorden waaien op de tonen van het Kyrie met een klein briesje alweer voorbij.

We beluisteren een aantal stukken. Hij, met gesloten ogen, continu zuchtend: 'Práchtige muziek, práchtige muziek, práchtige muziek, práchtige muziek'. Met een hele lang uitgerekte 'a'. En ik: ik luister met hem mee. Mijn vader. Eindelijk kunnen we naast elkaar zitten en genieten. Van de omgeving, van niets zeggen, van de muziek. Geen ruzie, geen discussie, geen gedoe. Gewoon samen zijn. Is dat niet ware meditatie?

Mijn hondje, waarvan mijn vader al jaren placht te zeggen, dat het een ongehoorzaam beest is, waar hij niets van moest weten (en omgekeerd natuurlijk), springt pardoes op zijn schoot en laat zich uitgebreid aaien door de wat onhandige handen van mijn vader. 'Wat is die hond zwaar zeg..', moppert hij een paar keer. Maar zéven kilo, denk ik en vraag: 'Zal ik hem dan maar weghalen?'. 'Nee, nee, zeker niet, het is zo'n lieve, rustige hond en ze gedijt goed bij deze muziek'. Hij klinkt beschermend en verbaasd.

Mijn vader kan zich niet zo veel meer herinneren, maar hij kan zeker wel genieten van dit soort kleine momenten. Opgeruimd groet hij met een uitermate beleefd gebaar iedereen die hij tegenkomt. Met een elegante beweging licht hij met zijn grote hand zijn strooien hoed iets op en knikt vriendelijk. De mensen staan dan even stil en iedereen is zichtbaar geraakt door dit subtiele gebaar. Ik voel een vertederde glimlach terwijl ik hem op mijn blote voeten voortduw en zelfs een bepaalde trots. Trots op mijn vader en dat hij iedereen zo groet. Op zijn unieke wijze.

Er is een deel van deze vergeetachtigheid die hem goed doet.


maandag 9 juli 2018

Geen camping, maar een cramping

Ik ben op bezoek bij een vriend. Hij verblijft zomers op een idyllisch plekje in de duinen aan de Noordzeekust. In het weekend en in de vakanties zal het er wel afgeladen vol zijn, maar op zo'n doordeweekse dag als vandaag is het rustig.


Een konijntje wipt langs. Een meeuw krijst een vrolijk lied. Een briesje op mijn huid. Lekker luierend in de tuinstoel met mijn voeten omhoog, mijn hoed diep over mijn ogen getrokken, geniet ik. Misschien is dat kamperen toch ook iets voor mij?

Aan het einde van de middag valt mijn blik op de afwasteil.  
'Zal ik even afwassen?'.  
'Ja, graag. Er staan in de tent nog wat ontbijtbordjes En bekers van gisteren, neem je die dan ook mee?'
'Is goed'.
In de tent zie ik nog een pannetje, wat bestek en nog wat schaaltjes. Ik pak een grotere teil en met een hoop gerammel ga ik op weg, met de theedoek over mijn schouder geworpen.


Bij de sanitairvoorziening aangekomen, vind ik een plekje naast een jonge vrouw. Haar telefoon klemt ze tussen schouder en oor en ze zit duidelijk in een zakelijke telco. Ze blikt niet op of neer en heftig discussiërend, wast ze ondertussen de borden, maakt stapels van haar servies en gaat dan haar boontjes wassen. Een kind van een jaar of 4 hangt bijna wezenloos aan haar been en kijkt stil omhoog.
'No, it is fine, no problem, you don't disturb me'.
Maar goed dat dat wurm nog geen Engels spreekt.
Aan het verhaal te horen, is het een snedige zaak, want ook de boontjes worden venijnig één voor één met precieze doormidden gesneden. Bellend loopt ze weg, met het kind nog steeds aan haar been en de vaat onder haar vrije arm geklemd. Vanuit de tegenovergestelde richting komt een andere jonge moeder aangelopen, met in haar ene hand een telefoon, waar ze haar blik strak op houdt en aan de andere kant houdt een peuter haar hand vast. Terwijl mijn vaat vordert, verdwijnt een volgende vrouw boos bellend het toilet in en komt na een poosje nog bozer bellend weer te voorschijn. Heftige shit, lijkt me.

Dan komt er een jongen aangeslenterd die me spontaan gedag zegt. Blij, dat er even contact is, bral ik uit: 'Goh, jij bent de eerste die ik hier ontmoet zonder telefoon in zijn hand!'. 'O, maar die zit in mijn broekzak hoor!', zegt hij grimassend en tovert hem als bewijs te tevoorschijn terwijl hij zich aansluit bij een groep meisjes; allemaal in de rechterhand... Precies.

Dan zie ik een jonge vader en moeder die hun dreumesje wassen in de wasbak. Een koddig gezicht. De vader gooit een bal in het water en het zeepsop spat alle kanten uit. De dreumes gilt van plezier en ik glimlach mee. Vader pakt snel zijn telefoon en maakt een filmpje terwijl hij nog een keer de bal gooit.  Die kleine krijgt er geen genoeg van en vraagt om eer. Maar nu moet hij wachten. De vader en moeder buigen zich over de telefoon, terwijl de moeder haar dreumes tot stilte maant en roept:
 'ff wachten'. Ik denk aan mijn dochter die gekscherend laatst zei:
'ja mam, als het niet op social media staat, dan bestaat het niet!'.
Ik geloof waarachtig dat ze gelijk heeft.

Met mijn schone vaat keer ik weer terug en groet mensen, die me niet zien, mensen die gebogen lopen, gebogen onder het juk van Mr Smartphone in hun hand. Gevangen in een virtuele wereld. Ze horen niet, ze zien niet. Toch groet ik ze maar en alleen een opa en oma met hun kleinkind knikken me lachend toe. Wat een armoe midden in het wonderschone duingebied.

Dit is geen camping, maar een cramping.

maandag 28 mei 2018

Hockey spiritueel?

Spiritualiteit, wat is het eigenlijk en vooral waar zoeken we het?
 
Heeft spiritualiteit iets te maken met de zin van het leven, betekenis geven aan je leven, balans vinden, een zoektocht naar jezelf? Is het bewustwording, zen, zijn, je ziel, de geest? En wat is dat 'zelf' dan wel? En hoe doe je dat: 'je leven bezielen' en kan dat überhaupt?

Als ik Facebook open dan vliegen de uitnodigingen van spirituele workshops me om de oren. Dan lijkt het wel of we met z'n allen massaal inhoud aan ons leven willen geven, willen verdiepen, willen ontwaken. Komt het soms tot een soort van geestelijke-geboorte-dimensie, oftewel de GGD, nieuwe stijl?

En waar zoeken we dat-wat-we-Het-noemen? Vinden we Het in yoga, tai chi, meditatie, tarot, mindfulness, mantrazingen, drumcirkels, vrouwententen, mannendansen, biodanza, vuurceremonies, stiltewandelingen, zweethutten, spiritueel tekenen, vasten, zwijgen, zingen, bidden? En deze lijst kan eindeloos aangevuld worden, toch?

Ziet de oprechte zoeker door de bomen het spirituele bos nog wel of kan het zijn dat we de spiritualiteit door de veelvoud misschien wel juist missen? Dat we door het zoeken, stomweg over het hoofd zien, dat we spirituele wezens zíjn? Dat prana geen spirituele term is, maar dat we hier onlosmakelijk mee verbonden zijn? Dat we chi niet alleen vinden als we Tai Chi beoefenen, maar dat het juist ook gewoon in ons dagelijkse leven present is? Gewoon in alles wat leeft?

Nu hoor je mij niet zeggen dat spirituele beoefening onzin is. Zeker niet. Het is zelfs een groot onderdeel van mijn leven. Maar kritisch kijken aan welke leraar of beoefening je jezelf toewijdt, is en blijft een hele kunst. Spiritualiteit is niets anders dan leven en leven kun je niet doen, want dat ben je gewoonweg zelf. Daar heb je dat woordje 'zelf'' weer. Hoe kun je dat 'zelf' vinden als je blijft zoeken? Hoe zou het zijn als we de weg van eenvoud bewandelen, zoals guru Naropa dit ooit vervatte als: 'Van meervoud naar eenvoud'?.


Vandaag stond ik - overigens ná een uur stiltemeditatie - langs de lijn bij het hockeyveld, waar mijn jongste dochter samen met minimaal nog 21 andere jonge meiden een wedstrijd speelde: vol energie, vuur, leven. Vlammend, in een sportieve strijd, met zweet op de voorhoofden, rode wangen, warme lichamen, soepel en alert, gefocussed en toegewijd, vol geest, vol chi, vol leven! Helemaal één met het spel, één met elkaar, één met het leven, afgestemd, bewegend, uitdagend, verdedigend, gevend en nemend en bovenal: onverdeeld aanwezig. En dat is toch zeker Het?

Misschien een gat in de spirituele workshop agenda?


www.silent-touch.nl 

maandag 26 maart 2018

28 Days Standing like a tree: Episode 2

Standing like a tree, 12 minutes, 28 days.

There I was in a carwash in Prague. My travelling companion was cleaning her car and had a really good time in splashing the water all over her car, but mostly over herself. I knew I had to wait for some time so I decided to do my daily practice.


Surrounded by desolate buildings, gray walls and crowded roads, my eyes searched the horizon, beyond the urban area and I noticed some far away trees. A magnetic field arose from these trees. I felt I was suck towards this, out of the carwash, into this energy. All of a sudden my consciousness became wider and I started noticing the plants and trees that were more closer. There was even a big tree on my right side I didn't notice before. I felt deeply grounded and a sense of joy started to move inside of me.

Yes, still to my body these 12 minutes-practise is a long time, but in connection with nature these minutes just rushed by. A sense of timelessness arose. As my awareness expended I could easily connect with the roots of all trees and plants, not only here in Prague, but the field of my attention grew and grew, connecting and expanding all over the world. It felt like a mutual blessing.

By standing like a tree I started to realize that wherever you put your attention on, that this will grow. It is so simple and true. We all might know the expression 'energy follows attention'? Standing in between the traffic, the roads, the concrete buildings, this expression came to life.

What also became evident is that it is so very important to consequently dedicate myself to meditation, again and again going inside, contemplate, self inquiry, silencing the body and mind. This is true sadana.

At the end my arms were trembling and my friend saved me by hooting loudly. We were both refreshed: my friend was wet, the car was shining and in my heart there is this deep gratitude towards Mother Nature and all other beings who are co-creating this healing field of joy, light and love.

Maybe to tree continued

www.silent-touch.nl